Form No. 3419-769 Rev A GreensPro™ 1260 rol voor greens Modelnr.: 44913—Serienr.: 400000000 en hoger Registreer uw product op www.Toro.com.
locatie van het plaatje met het modelnummer en het serienummer van het product is aangegeven op Figuur 1. U kunt de nummers noteren in de ruimte hieronder. Dit product voldoet aan alle relevante Europese richtlijnen. Zie voor details de aparte productspecifieke conformiteitsverklaring.
Inhoud Reiniging ............................................................. 35 Stalling .................................................................... 36 Veiligheid .................................................................. 4 Algemene veiligheid ........................................... 4 Voorbereiding ..................................................... 4 Bediening ........................................................... 4 De machine veilig gebruiken op hellingen ...........
Veiligheid • Vervang versleten of beschadigde geluiddempers. • Inspecteer het terrein om vast te stellen welke accessoires en werktuigen nodig zijn om goed en veilig te werken. Gebruik alleen door de fabrikant goedgekeurde accessoires en werktuigen. Deze machine is ontworpen in overeenstemming met de EN-norm ISO 12100:2010 en B71.4-2017 van het ANSI (American National Standards Institute).
• • • • • • • • • • • U moet de onderstaande instructies doornemen – Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. – Stel de parkeerrem in werking of blokkeer de wielen van de aanhanger indien nodig. – Laat de motor stationair draaien gedurende 10 tot 20 seconden. – Zet de motor af.
• Houd uw handen en voeten uit de buurt van • Geen brandstof bijvullen of aftappen in een • • bewegende onderdelen. Stel indien mogelijk de machine niet af terwijl de motor loopt. afgesloten ruimte. Bewaar de machine en het brandstofvat niet op plaatsen waar open vlammen, vonken of waakvlammen (bv. van een boiler of een ander toestel) aanwezig kunnen zijn.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. decal93-6686 decal117-2718 93-6686 117-2718 1. Hydraulische vloeistof 2. Lees de Gebruikershandleiding. decal120-0627 120-0627 1. Gevaar op snijwonden of verminking, rotorblad – hou afstand tot bewegende delen, laat alle beveiligingen op hun plaats.
decal131-0440 131-0440 1. Parkeerrem in werking stellen 2. Parkeerrem vrijstellen decal133-1701 133-1701 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding, gebruik deze machine uitsluitend als u hierin getraind bent. 4. Waarschuwing – Blijf op afstand van bewegende delen; zorg dat alle beschermende delen op hun plaats zijn. 2. Waarschuwing – Draag gehoorbescherming. 5. Kantelgevaar – Gebruik de machine niet in de buurt van water; blijf uit de buurt van dijken en steile hellingen. 3.
decal127-5884 127-5884 1. Lees de Gebruikershandleiding. 3. 1) Duw de trekhaak naar boven; 2) Maak de vergrendelingshendel los; 3) Trek de trekhaak naar beneden; 4) Trap het pedaal in totdat de trekhaak op zijn plaats klikt; 5) Plaats de vergrendelingspen. 2. 1) Trek aan de vergrendelpen; 2) Til de machine aan één kant op; 3) Ontgrendel de trekhaak; 4) Hef de trekhaak op tot de grendel geborgd wordt. decal132-9299 132-9299 1.
Montage Losse onderdelen Gebruik onderstaande lijst om te controleren of alle onderdelen zijn geleverd. Procedure Hoeveelheid Omschrijving Gebruik 1 Transportwiel 2 De transportwielen monteren. 2 Vergrendelbeugel Bout (M10 x 30 mm) Borgring (M10) Ring (M10) Moer (M10) Trekhaak Bout (M10 x 100 mm) Borgmoer (M10) Bout (M12 x 100 mm) Ring (M12) Borgmoer (M12) Afstandsring (indien nodig) 1 4 4 6 4 1 1 1 1 2 1 2 De trekhaak monteren. Geen onderdelen vereist – De machine van de pallet nemen.
1 2 De transportwielen monteren De trekhaak monteren Benodigde onderdelen voor deze stap: Benodigde onderdelen voor deze stap: 2 Transportwiel Procedure 1. Verwijder de wielmoeren die de wielnaven bevestigen aan de transportbeugels (Figuur 3). Verwijder ook de moeren die op de tapeinden van de wielnaven zijn geschroefd.
• Gebruik voor de voorste openingen een bout (M10 x 100 mm), 2 ringen (M10) en een borgmoer (M10). • Gebruik voor de achterste openingen een bout (M12 x 100 mm), 2 ringen (M12) en een borgmoer (M12). • Als er bij uw machine een derde ring bij elke bout is geleverd, gebruik deze ringen dan als afstandsstuk tussen de trekhaak en de binnenkant van de draaibeugel van de trekhaak (Figuur 6).
g024330 Figuur 9 1. Houten blokken 2. Plaats een aantal houten planken op de grond aan het uiteinde van de pallet. Opmerking: De houten planken moeten iets lager komen dan de pallet. U kunt onderdelen gebruiken die u hebt verwijderd van de zijkanten en/of uiteinden van de transportverpakking. 3. g024197 Rol de machine voorzichtig van de pallet op de houden planken en dan op de grond. Figuur 8 1. Trekhaakpedaal Belangrijk: Zorg ervoor dat de rollen de 2. Borgpen 7. Breng de borgpen aan (Figuur 8).
Algemeen overzicht van de machine g019903 Figuur 11 g036787 Figuur 10 1. Bougie 4. Handstarter 2. Geluiddemper 5. Handgreep van startkoord 3. Luchtfilter 1. Vergrendelingshendel van de trekhaak 2. Pal van de trekhaak 7. Bedieningspedalen 3. Instelhendel bestuurdersstoel 4. Parkeerrem 9. Urenteller 10. Vergrendelingshendel Opmerking: Raadpleeg de gebruikershandleiding 5. Stuurwiel 11. Trekhaakpedaal 6. Lichtschakelaar 12. Trekhaak van de motor voor volledige informatie over de bediening.
Stuurwiel bestuurdersstoel (Figuur 10) naar boven en schuif de stoel naar voren of naar achteren. Laat dan de hendel los. Draai het stuur (Figuur 10) naar rechts om de machine in de richting vooruit te zetten. Draai het stuur naar links om de machine in de richting achteruit te zetten. Stelbouten armsteun Opmerking: Aangezien de richting verandert aan U kunt elke armsteun afstellen door aan de respectievelijke stelbout te draaien (Figuur 13).
Brandstofafsluitklep De brandstofafsluitklep (Figuur 15) bevindt zich onder de chokehendel. U moet deze openen voordat u de motor probeert te starten. Als u klaar bent met de machine en u hebt de motor uitgeschakeld, moet u de brandstofafsluitklep SLUITEN. Handgreep van startkoord Om de motor te starten moet u snel aan de handgreep van het startkoord trekken (Figuur 11). De bedieningsorganen van de motor die hierboven beschreven zijn moeten juist ingesteld zijn om de motor te doen starten.
Ingebruikname van de machine voorbereiden Gebruiksaanwijzing Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Veiligheid staat voorop Neem zorgvuldig alle veiligheidsinstructies en symbolen door in het hoofdstuk Veilige bediening. Met behulp van deze informatie kunt u voorkomen dat omstanders of uzelf letsel oplopen. GEVAAR Bij maaien op nat gras of een steile helling bestaat de kans dat de wielen slippen en u de macht over de machine verliest. 1.
Het motoroliepeil controleren 3. Draai de olievuldop en de peilstok linksom en neem ze eruit. 4. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Veeg de olievuldop en de peilstok schoon en steek ze in de vulopening. Opmerking: De beste tijd om de motorolie te Opmerking: Draai de peilstok niet in de opening. controleren is wanneer de motor koud is voordat deze is gestart voor de dag.
verbindingen controleren op schade en veiligstellen dat ze vastzitten. Vervang beschadigde slangen en draai losse koppelingen vast indien nodig. Aanbevolen hydraulische vloeistof: Toro Premium All Season hydraulische vloeistof (verkrijgbaar in emmers van 19 liter of vaten van 208 liter. Raadpleeg de onderdelencatalogus of neem contact op met uw erkende Toro dealer voor onderdeelnummers.
• Tijdens de winter geen brandstof bewaren in de brandstoftank of in vaten, tenzij u een brandstofstabilisator gebruikt. • Meng nooit olie door benzine. WAARSCHUWING Brandstof is schadelijk of dodelijk bij inname. Langdurige blootstelling aan dampen kan leiden tot ernstig letsel en ziekte. • Voorkom dat u dampen lange tijd inademt. • Houd uw gezicht uit de buurt van een vulpijp en de brandstoftank of een blik met conditioner. g036796 • Houd brandstof uit de buurt van ogen en huid. Figuur 22 1.
Belangrijk: Vul de brandstoftank niet te GEVAAR vol. Brandstof bijvullen tot voorbij het voorgeschreven niveau zal de motor onklaar maken ten gevolge van saturatie van het dampretoursysteem. Dit defect valt niet onder de garantie, en u zult de tankdop moeten vervangen. In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken.
Veiligheidssysteem controleren Motor starten Opmerking: Zorg ervoor dat de bougiekabel aangesloten is op de bougie. 1. Controleer of de parkeerrem in werking is gesteld en of de bedieningspedalen in de NEUTRAALSTAND staan. 2. Zet de Aan-/Uitschakelaar op AAN. 3. Draai de brandstofafsluitklep OPEN. 4. Zet de chokehendel op AAN als u een koude motor start. VOORZICHTIG Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine.
g024011 Figuur 25 1. Vergrendelingshendel B. Til de vergrendelingshendel op zodat hij vrij kan schuiven en trek de trekhaak naar beneden. g028434 Figuur 24 1. Trekhaakconstructie (vooruit) 3. Trekhaakconstructie (achteruit) 2. Vergrendelingshendel van de trekhaak (omhoog) 4. Vergrendelingshendel van de trekhaak (omlaag) De machine losmaken van het sleepvoertuig Duw de vergrendelingshendel van de trekhaak naar beneden terwijl u de trekhaak van het sleepvoertuig loskoppelt (Figuur 24).
D. Breng de trekhaak omhoog (Figuur 29) totdat de vergrendelingshendel in de pal klikt (Figuur 25). g024332 Figuur 29 Gebruik van de machine g024197 Figuur 27 1. Trekhaakpedaal 2. Borgpen D. Breng de borgpen aan (Figuur 27). 7. Laat de machine als volgt op de rollen zakken: A. Verwijder de borgpen (Figuur 28). 1. Zorg dat de parkeerrem in werking is gesteld. 2. Ga in de bestuurdersstoel zitten. Zorg ervoor dat u de bedieningspedalen niet aanraakt terwijl u gaat zitten. 3.
7. Draai het stuur naar rechts om de machine in de richting vooruit te zetten. Draai het stuur naar links om de machine in de richting achteruit te zetten. Opmerking: Aangezien de richting verandert aan het einde van elke werkgang, zult u moeten wennen aan de besturing van de machine. Belangrijk: Als u de machine moet stoppen in een noodgeval, drukt u het andere pedaal naar de NEUTRAALSTAND .
Onderhoud Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Na de eerste 5 bedrijfsuren • Controleer op losse moeren, bouten en fittings. Vastdraaien indien nodig. Na de eerste 20 bedrijfsuren • De motorolie verversen. • Ververs de hydraulische vloeistof en vervang de filter. Bij elk gebruik of dagelijks Na elk gebruik • • • • • • • • De hydraulische slangen en fittings controleren. Het motoroliepeil controleren. Controleer het peil van de hydraulische vloeistof.
WAARSCHUWING Als u niet zorgvuldig omgaat met gevaarlijke stoffen kunnen deze ernstige lichamelijke letsels veroorzaken. • Lees de etiketten en voorschriften van de stoffen die u gebruikt. • Draag de nodige beschermende veiligheidsuitrusting en gebruik gevaarlijke stoffen op een zorgvuldige manier.
Aantekening voor speciale aandachtsgebieden: Controle uitgevoerd door: Item Datum Informatie 1 2 3 4 5 6 7 8 Controlelijst voor dagelijks onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Voor week van: Gecontroleerde item Ma. Di. Controleren of de draaiverbindingen onbelemmerd werken. Brandstofpeil controleren. Het motoroliepeil controleren. Controleer het peil van de hydraulische vloeistof. Het luchtfilter controleren. Het veiligheidssysteem controleren.
Procedures voorafgaande aan onderhoud Smering Het lager van de aandrijfrol smeren De eigenaar dient te bepalen wanneer sommige onderhoudstaken, afstellingen en herstellingen moeten worden uitgevoerd. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks (onmiddellijk smeren na een wasbeurt). Kantel de machine niet tenzij dit noodzakelijk is. Als u de machine kantelt, kan olie in de cilinderkop van de motor lopen en is het mogelijk dat hydraulische vloeistof uit de dop bovenaan de tank lekt.
Onderhoud motor Motorolie verversen Onderhoudsinterval: Na de eerste 20 bedrijfsuren—De motorolie verversen. Om de 100 bedrijfsuren—De motorolie verversen. 1. Start de motor en laat deze enkele minuten lopen zodat de motorolie warm wordt. Schakel vervolgens de motor uit. 2. Breng de machine omhoog op de transportwielen. 3. Kantel de machine zodat de kant van de machine met de motor lager ligt en ondersteun het andere uiteinde zodat de machine zo blijft liggen. 4.
Onderhoud van het luchtfilter 5. Neem het schuimfilter van het papieren filterelement (Figuur 32). Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks—Luchtfilter controleren. 6. Controleer de beide luchtfilterelementen en vervang deze indien nodig. Opmerking: Vervang het papieren luchtfilterelement altijd als dat moet volgens het geplande onderhoudsinterval. Om de 50 bedrijfsuren—Maak het luchtfilter schoon (vaker als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden). 7.
1. • Een nieuwe bougie moet u nog een halve Maak de bougiekabel los van de bougie (Figuur 33). slag vastdraaien nadat u ze hebt geplaatst om de ring in te drukken. • Als u de oorspronkelijke bougie terugplaatst, draai deze dan nog ⅛ tot ¼ slag vaster nadat u de bougie hebt geplaatst om de ring in te drukken. Opmerking: Een losse bougie kan de motor oververhitten en beschadigen. Als u de bougie te strak vastdraait, kan de schroefdraad in de cilinderkop beschadigd raken. 6.
Onderhoud brandstofsysteem 1. Zet de brandstofklep UIT en verwijder de bezinkseldop en de O-ring (Figuur 35). De bezinkseldop reinigen Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Reinig de bezinkseldop. GEVAAR In bepaalde omstandigheden is brandstof uiterst ontvlambaar en zeer explosief. Brand of explosie van brandstof kan brandwonden bij u of anderen en materiële schade veroorzaken. • Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer de motor koud is. Eventueel gemorste brandstof opnemen.
Onderhoud aandrijfsysteem 5. Plaats een opvangbak onder het filter en verwijder het filter (Figuur 37). Hydraulische vloeistof verversen en de filter vervangen Onderhoudsinterval: Na de eerste 20 bedrijfsuren—Ververs de hydraulische vloeistof en vervang de filter. Om de 400 bedrijfsuren—Ververs de hydraulische vloeistof en vervang de filter. Belangrijk: Gebruik enkel Toro Premium All g036797 Season hydraulische vloeistof (ISO VG 46) of een gelijkwaardige vloeistof.
Reiniging Onderhouden remmen Maak de rollen indien nodig schoon door water door de gaten in de rolbehuizingen te spuiten (Figuur 39). De parkeerrem controleren en afstellen Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Zorg ervoor dat de parkeerrem voorkomt dat de machine gaat rollen wanneer ze geparkeerd is. De parkeerrem wordt als volgt afgesteld: • Om de remkracht te vermeerderen, moet u de borgmoer van de rem vaster draaien (Figuur 38).
Stalling 1. Verwijder maaisel, vuil en vet van de buitenkant van de gehele machine, met name van de rollen en de motor. Verwijder vuil en kaf van de buitenkant van de koelribben van de cilinderkop en de ventilatorbehuizing van de motor. Belangrijk: U kunt de machine met een mild reinigingsmiddel en water wassen. Was de machine nooit met een hogedrukreiniger. Gebruik niet te veel water, zeker niet in de buurt van de motor. 2.
Opmerkingen:
Opmerkingen:
Privacyverklaring voor Europa De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro dealer. Het Toro garantiesysteem wordt gehost op servers in de Verenigde Staten, waar de privacywet mogelijk niet dezelfde bescherming biedt als in uw land.
De Toro Total Coverage-garantie Beperkte garantie Gedekte voorwaarden en producten De Toro® Company en de hieraan gelieerde onderneming, Toro Warranty Company, bieden krachtens een overeenkomst tussen beide ondernemingen gezamenlijk de garantie dat uw Toro product (hierna: het “product”) gedurende twee jaar of 1500 bedrijfsuren* vrij is van materiaalgebreken of fabricagefouten, met dien verstande dat hierbij de kortste periode moet worden aangehouden.