Operation Manual

29
Stembesturing - Rijd naar
Informatie over stembesturing
Let op: stembesturing wordt niet op alle navigatiesystemen of in alle talen ondersteund.
In plaats van op het scherm te tikken om je TomTom-navigatiesysteem te bedienen, kun je ook je
stem gebruiken om je navigatiesysteem te bedienen.
Als je bijvoorbeeld het volume van je navigatiesysteem wilt verhogen, kun je "Verhoog volume" of
"Volume 50%" zeggen.
Als je de lijst met beschikbare opdrachten wilt weergeven, tik dan op Help in het hoofdmenu en
vervolgens op Producthandleidingen en Wat kun je zeggen.
Belangrijk: voor stembesturing is een computerstem vereist. Wanneer er geen computerstem op
je TomTom-navigatiesysteem is geïnstalleerd, is deze functie niet beschikbaar.
Als je een computerstem wilt selecteren, tik je op Stemmen in het menu Instellingen. Tik vervol-
gens op Wijzig stem en selecteer een computerstem.
Stembesturing gebruiken
Stembesturing is standaard ingeschakeld als het wordt ondersteund door de taal die je hebt inge-
steld.
Als je stembesturing wilt uitschakelen en de knop wilt verwijderen van de rijweergave, tik je op
Stembesturing in het menu Instellingen en selecteer je Stembesturing uit.
In het volgende voorbeeld zie je hoe je stembesturing kunt gebruiken om een reis naar je
huisadres te plannen:
1. Tik op de microfoonknop in de rijweergave om de microfoon in te schakelen.
Er wordt een scherm weergegeven met voorbeelden van opdrachten die je kunt geven.
Tik op Wat kun je zeggen voor een volledige lijst met opdrachten die je kunt geven. Of tik op
Instellingen in het hoofdmenu en vervolgens op Stembesturing en dan op Wat kun je
zeggen.
2. Wanneer je "Geef een opdracht" hoort, gevolgd door een toon, geef je de gewenste opdracht.
Bijvoorbeeld: "Naar huis". Je navigatiesysteem is pas klaar om je opdracht te horen nadat je de
toon hebt gehoord.
Terwijl je spreekt, geeft de microfoonmonitor aan hoe goed het navigatiesysteem je stem kan
horen: