Operation Manual

Hoofdstuk 6
De kaart gebruiken
15
De kaart gebruiken
Iedere keer dat u uw TomTom NAVIGATOR gebruikt om een route te plannen,
gebruikt u de kaart. U kunt de kaart echter ook op veel andere manieren gebruiken.
Als u de kaart wilt openen, raakt u
Bekijk kaart
in het
Hoofdmenu
aan.
Plaats uw vinger op het scherm en sleep hem over het scherm om de kaart te
verplaatsen. U kunt ook door de kaart bewegen met behulp van de cursor. Gebruik
de joystick om de cursor te verplaatsen.
A
De schaalbalk
Beweeg de greep van de zoombalk om in en uit te zoomen op de cursorpositie.
Op apparaten zonder touchscreen kunt u met de numerieke toetsen op uw
cursorpositie in- en uitzoomen. Gebruik OK om in te zoomen. Gebruik 0 om uit
te zoomen. Gebruik 1 - 9 om een zoomniveau in te stellen.
B
Uw huidige positie.
C
GPS-knop.
Raak deze knop aan om de kaart te centreren op uw huidige positie.
D
De knop Opties
Gebruik de knop Opties om in te stellen wat op de kaart wordt weergegeven.
Op apparaten zonder touchscreen selecteert u de knop Opties om het menu
Opties te openen. In het menu Opties vindt u de knoppen die niet in de
Opmerking: Als u TomTom NAVIGATOR gebruikt op een apparaat zonder
touchscreen, zal de kaartbrowser er iets anders uitzien. Er is geen zoombalk
en er zijn maar twee knoppen: Opties en OK. De knoppen Zoek en Cursor
maken deel uit van het menu Opties. Gebruik de numerieke toetsen om te
zoomen. Zie de tekst hieronder voor nadere informatie.