Operation Manual
28
Selecteer de volumeregeling en verschuif deze om het volume van gesproken instructies en
waarschuwingen te wijzigen. Als de gesproken instructies zijn uitgeschakeld, wordt het volume van
de waarschuwingen toch gewijzigd.
Aanrakingen gebruiken
Gebruik aanrakingen om je GO te bedienen.
In deze gebruikershandleiding vind je meer informatie over het gebruik van aanrakingen om je GO
te bedienen. Hieronder vind je een beschrijving van elke aanraking.
Dubbel tikken
Raak tweemaal snel achter elkaar het scherm aan met één vinger.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je wilt inzoomen op de
kaart.
Slepen
Plaats één vinger op het scherm en beweeg deze over het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je over de kaart wilt
scrollen.
Snel bewegen
Maak met het topje van één vinger een snelle beweging over het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je een flinke afstand
wilt overbruggen op de kaart.
Tip: snel bewegen werkt niet op alle systemen.
Ingedrukt houden
Plaats gedurende meer dan 0,5 seconde één vinger op het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je het pop-upmenu voor
een locatie op de kaart wilt openen.
Pinch to Zoom
Raak het scherm aan met je duim en een vinger. Beweeg ze uit elkaar om
in te zoomen en beweeg ze naar elkaar toe om uit te zoomen.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je wilt in- of uitzoomen
op de kaart.
Tip: "Pinch to Zoom" werkt niet op alle systemen. Wanneer Pinch to
Zoom niet werkt, gebruik je de zoomknoppen om in en uit te zoomen.
Tikken of
selecteren
Tik met één vinger op het scherm.
Je gebruikt deze aanraking bijvoorbeeld wanneer je een item wilt
selecteren in het hoofdmenu.