User manual
79 
Uiterlijk 
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Uiterlijk. 
In dit scherm kun je de volgende instellingen wijzigen: 
  Scherm 
Selecteer Scherm om het uiterlijk van het scherm te wijzigen. 
  Routebalk 
Selecteer Routebalk om de informatie die wordt weergegeven op de routebalk te wijzigen. 
  Reisbegeleidingsweergave 
Selecteer Reisbegeleidingsweergave om de informatie die wordt weergegeven in de reisbe-
geleidingsweergave te wijzigen. 
  Automatisch zoomen 
Selecteer Automatisch zoomen om te wijzigen hoe een afslag tijdens het rijden wordt we-
ergegeven. 
  Automatisch schakelen naar kaartweergave 
De functie voor het automatisch wijzigen van de weergave is standaard ingeschakeld. Dit 
betekent bijvoorbeeld dat de kaartweergave wordt getoond op je START wanneer er een 
alternatieve route wordt voorgesteld, samen met verschillende andere soorten omstandigheden. 
Verder wordt bijvoorbeeld op je START ook de reisbegeleidingsweergave getoond wanneer je 
begint te rijden en je tempo versnelt. Selecteer deze instelling als je de functie voor het 
automatisch schakelen tussen de reisbegeleidingsweergave en de kaartweergave wilt uitschake-
len. 
  Toon afbeeldingen van snelwegafritten 
Selecteer deze instelling als je het voorbeeld op het volledige scherm wilt aanpassen wanneer 
je een snelwegafrit nadert. 
Scherm 
Selecteer Instellingen in het hoofdmenu en selecteer vervolgens Uiterlijk.   
Themakleur 
Selecteer Themakleur om de kleur voor de menu's, knoppen en pictogrammen en op de kaart te 
wijzigen.   
Tip: het symbool voor de huidige locatie en de route krijgen ook de geselecteerde kleur. Je kunt 
altijd de oorspronkelijke kleur weer instellen. 
Instellingen 










