Operation Manual

Algemene informatie
21
Laad omstandigheden
De laadtijd is afhankelijk van de omstandigheden waaronder
wordt geladen. Slechte omstandigheden kunnen leiden tot
onvolledig laden of schade aan accu of lader.
Zorg ervoor dat geladen wordt onder de volgende
omstandigheden:
Scooter en lader op een stevige ondergrond.•
Een plaats waar de lader en accu niet blootstaan aan regen •
of direct zonlicht.
Een plaats die goed is geventileerd een lage •
luchtvochtigheid kent, en die niet toegankelijk is voor
kinderen en huisdieren.
De omgevingstemperatuur tijdens laden dient te liggen •
tussen 5°~40°C.
Nuttige informatie
Zodra de acculader is ingeschakeld brandt er een •
indicatorlampje. Tijdens het laden is dit lampje rood. Zodra
de accu volledig geladen is, wordt het lampje groen.
Zodra 10 ampère door de lader is geladen telt de teller •
dit als 1 laadcyclus. (bijv. 0%-100%) Niet elke deellading
wordt dus als 1 lading geregistreerd.
Zodra de accu tijdens laden warmer wordt dan 45°C, •
schakelt het laadsysteem automatisch uit ter bescherming
van de accu. Wellicht is de accu als gevolg hiervan niet
volledig geladen. Wij adviseren u dan ook de accu in een
koelere omgeving te herladen.
In lagere buiten temperaturen zal de actieradius van een •
enkele accu lading afnemen. Dit is een onvermijdelijk
gevolg van de chemische karaktereigenschappen
van accu’s. De originele actieradius herstelt zich bij
temperaturen van 20°C en hoger.
De laad tijd bedraagt 1 à 2 uur, afhankelijk van de mate van •
ontlading van de accu.