Operation Manual

11
NL
B
2.2 Batterijen plaatsen
De 2 oplaadbare batterijen worden bij uw telefoon meegeleverd. Plaats de
batterijen voordat u de telefoon gebruikt.
1. Schuif het batterijklepje in de richting van de pijl en verwijder deze.
2. Verwijder eventueel de oude batterijen.
3. Plaats de 2 batterijen. Let hierbij op de juiste polariteit (+ en – zoals in
het batterijvak is aangegeven)
4. Schuif het batterijklepje omhoog tot het vast klikt.
! Het verkeerd plaatsen van de batterijen kan de telefoon beschadigen.
! Gebruik de batterijen alleen zoals aangegeven in paragraaf 3.13.
Wanneer de telefoon al eerder gebruikt is adviseren wij de status van de batterijen
te controleren en eventueel te vervangen.
2.3 Handset opladen
Voordat u de handset in gebruik neemt adviseren wij u de handset minimaal
15 uur ononderbroken op te laden ongeacht of de handset weergeeft dat de
batterijen opgeladen zijn. U laadt de handset op door deze op de lader te
plaatsen.
Tijdens het laden bewegen de 3 streepjes van het
batterijsymbool. Wanneer het laden voltooid is blijven
de streepjes in het display staan.
Voordat u de handset in gebruik neemt adviseren wij u
de handset minimaal 15 uur ononderbroken op te laden,
om de 100% capaciteit van de batterijen te behouden
adviseren wij u tevens de batterijen 3 tot 4 keer te laden
en compleet te ontladen.
4
1
3