Operation Manual

51
Voorbeelden van vermogeninstellingen
(onderstaande waarden zijn louter indicatief)
1 tot 2 Smelten
Opwarmen
Sauzen, boter, chocolade, gelatine
Op voorhand bereide gerechten
2 tot 3 Sudderen
Ontdooien
Rijst, pudding, suikerstroop
Gedroogde groente, vis, bevroren
producten
3 tot 4 Stomen Groente, vis, vlees
4 tot 5 Water Gestoomde aardappelen, soep, paste,
verse groente
6 tot 7 Op middelmatig vuur koken
Sudderen
Vlees, lever, eieren, worst
Goulash, roulade, pens
7 tot 8 Koken Aardappelen, beignets, wafels
9 Braden, roosteren, water
koken
Steak, omelet, gefrituurde gerechten,
water
P Braden, water koken Grote hoeveelheden water koken
REINIGING EN ONDERHOUD
Voordat u de kookplaat reinigt, haal de stekker uit het stopcontact en laat het voldoende
afkoelen om brandwonden te vermijden.
Verwijder lichte vlekken met een vochtige doek geweekt in een warm sopje. Spoel
vervolgens met koud water af en droog het oppervlak grondig.
Gebruik nooit een stoomreiniger of hogedrukreiniger.
Gebruik geen voorwerp die krassen op het keramisch glas kunnen achterlaten (zoals een
schuursponsje of uiteinde van een mes,...).
Zeer corrosieve of agressieve schoonmaakmiddelen om krassen te vermijden.
Veeg het apparaat droog met een schone doek.
Verwijder gemors van suiker, jam, gelei, etc. onmiddellijk.
PROBLEEMOPLOSSING
De kookplaat of het kookveld start niet:
De kookplaat is niet juist op de voeding aangesloten.
De beveiligingszekering is doorgeslagen.
Controleer of de vergrendelingsfunctie actief is.
De tasttoetsen zijn bedekt met vet of water.
Er is een voorwerp op een toets geplaatst.
Het bedieningspaneel geeft [ U ] weer:
Er bevindt zich geen pan op het kookveld.
De pan is niet geschikt voor inductie.
De bodemdiameter van de pan is te klein vergeleken met deze van het kookveld.
Downloaded from www.vandenborre.be