Daim Ntawv Qhia Tus Neeg Siv
Table Of Contents
- EN. Overview
- Operating the Alarm System
- To FULL Arm the System
- To PART Arm the System
- To ARM Individual Areas
- To DISARM the System
- To DISARM the System When Not in Entry
- To CANCEL the Exit Mode
- To CLEAR an Arm Fail
- To SILENCE an Alarm
- To DISPLAY the cause(s) of System Alerts (Alarms)
- To RESET After an Alarm
- To OMIT Zones
- The Turn CHIME On and Off
- To CHANGE Your User Code
- Using a Proximity Tag
- SmartKey™ & Quick Guide
- FR Vue d’ensemble
- Fonctionnement du système avec un code
- Armement TOTAL du système
- Armement PARTIEL du système
- Armement individuel de Partions
- Désarmer le système
- Désarmer le système hors temps d’entrée
- Annuler le mode de sortie
- Effacer une faute d’armement
- Rendre une alarme silencieuse
- Afficher la/les cause(s) des alertes système
- Remise en marche après une alarme
- Éjection de Zones
- Activer/Désactiver le Carillon
- Changer votre code Utilisateur
- Utiliser un TAG de proximité
- Guide de référence Rapide
- NL Overzicht
- Bediening van het alarmsysteem met een code
- VOLLEDIG aanzetten van het systeem
- Voor het GEDEELTELIJK aanzetten van het systeem
- AANZETTEN van afzonderlijke partities
- UITZETTEN van het systeem
- Systeem uitzetten anders dan bij binnenkomst
- ANNULEREN van de uitloopmodus
- Mislukt aanzetten WISSEN (resetten)
- Sirenes stoppen na alarm
- Oorzaken van systeemwaarschuwingen (alarmen) WEERGEVEN
- RESETTEN na een alarm
- Zones OVERBRUGGEN
- DEURBEL AAN en UIT zetten
- Gebruikerscode VERANDEREN
- Gebruik van een badge of tag
- Snelgids
- DE Übersicht
- Alarmsystem mithilfe von Codes bedienen
- System KOMPLETT scharfschalten
- System TEILWEISE scharfschalten
- Individuelle Bereiche SCHARFSCHALTEN
- System UNSCHARFSCHALTEN
- System UNSCHARFSCHALTEN, wenn Sie sich nicht am Eingang befinden
- Ausgangsmodus ABBRECHEN
- Scharfschaltungsfehler LÖSCHEN
- Alarm STUMMSCHALTEN
- Ursachen von Systemwarnungen (Alarmen) ANZEIGEN
- System nach einem Alarm ZURÜCKSETZEN
- Zonen AUSBLENDEN
- SIGNALTON (GONG) ein-/ausschalten
- Benutzercode ÄNDERN
- Proximity-Leser verwenden
- Kurzanleitung
Premier Elite Serie Gebruikersgids
INS555-3 15
Aanzetten mislukt - Aanzetten niet mogelijk
Als de uitloopprocedure is gestart en zones zijn nog steeds " Actief " (open) aan het eind van de uitloopprocedure, dan klinkt een intern
alarm (binnensirene alleen) en knippert het flitslicht op de buitensirene.
In deze situatie moet de oorzaak van het mislukken worden verholpen en moet de zone die in storing is worden bepaald voordat het systeem kan worden
aangezet (zie pagina 19 voor meer informatie over het wissen van een mislukt aanzetten).
De "Ready"-led
Om problemen tijdens het aanzetten te helpen voorkomen, is er de "Klaar"-led. Zie bovenstaande tabel voor meer informatie over de
werking van de "Klaar"-led.
Bediening van het alarmsysteem met een code
VOLLEDIG aanzetten van het systeem
Het systeem is VOLLEDIG aangezet als ALLE zones AAN (niet overbrugd) zijn.
Uw installateur kan het systeem zo hebben geprogrammeerd dat het kan worden ingesteld door alleen te drukken op . In dat geval is het niet nodig
om hieronder de gebruikerscode in te voeren.
1. Vergewis u ervan dat het gebouw veilig is (alle ramen en deuren gesloten, enz.) en de "Klaar"-led brandt
2. Voer een geldige gebruikerscode in
3. Druk op om AAN te zetten. De uitlooptoon klinkt
4. Verlaat het gebouw Als het systeem aan is zal de uitlooptoon stoppen
Voor het GEDEELTELIJK aanzetten van het systeem
Het systeem is GEDEELTELIJK aangezet als EEN OF MEER zones UIT zijn gelaten (overbrugd) bijv. de overloop of een slaapkamer.
Het systeem is alleen Gedeeltelijk aangezet als zones zijn overgeslagen door middel van de "Gedeeltelijk AAN" procedure (handmatig overslaan van zones
(zie pagina 5 voor meer informatie) geldt niet als Gedeeltelijk aanzetten). De onderste regel van het display is programmeerbaar voor elk "Gedeeltelijk
aanzetten". Uw installateur kan het systeem zo hebben geprogrammeerd dat het Gedeeltelijk aangezet kan worden door alleen te drukken op , of
gevolgd door . In dat geval is het niet nodig om hieronder de gebruikerscode in te voeren.
1. Vergewis u ervan dat het gebouw veilig is (alle niet overgeslagen ramen en deuren gesloten) en de "Klaar"-led brandt
2. Voer een geldige gebruikerscode in
3. Druk op
4. Gebruik de toetsen - om het gewenste "Gedeeltelijk AAN" te selecteren
5. Druk op om normaal aan te zetten of druk op om stil alarm aan te zetten De uitlooptoon klinkt (als stil alarm
niet is geselecteerd)
6. Verlaat het beveiligde gebied Als het systeem aan is zal de uitlooptoon (als dit klinkt) stoppen
AANZETTEN van afzonderlijke partities
Als het systeem is opgesplitst in aparte partities voor de bescherming, bijv. partities 1 = Huis, partities 2 = Garage, partities 3 = Schuur
enz. Deze gebieden kunnen indien gewenst afzonderlijk geselecteerd worden voor VOLLEDIG of GEDEELTELIJK aanzetten.
de partities worden geselecteerd met de toetsen - (de toets kan ook worden gebruikt voor het selecteren van een gebied gevolgd door
of ). De 640 heeft 4 partitiesgroepen, elk met 16 partities. Deze kunnen geselecteerd worden door te drukken op de toets - om een
gebiedsgroep (1-4) te selecteren Alleen op het systeem bestaande partities kunnen geselecteerd worden. (Een "sterretje" betekent dat de partitie
geselecteerd kan worden en een "stip" betekent dat de partitie niet geselecteerd kan worden). Drukken op selecteert/deselecteert alle partitie, drukken
op wisselt tussen de eerste 8 de partitie en de tweede 8 de partitie (indien van toepassing).
1. Vergewis u ervan dat het gebouw veilig is (alle niet overgeslagen ramen en deuren gesloten) en de "Klaar"-led brandt
2. Voer een geldige gebruikerscode in
3. Druk op
4. Gebruik de toetsen - om de gewenste partities te selecteren
5. Druk op of om de partities VOLLEDIG AAN te zetten, of druk op de 640 op
6. Druk op
, of gevolgd door of (24/48/88/168) of (640)voor het
GEDEELTELIJK aanzetten van de gebieden De uitlooptoon klinkt (als stil alarm niet is geselecteerd)
7. Verlaat het gebouw Als het systeem aan is zal de uitlooptoon (als dit klinkt) stoppen
UITZETTEN van het systeem
De inlooptijd is verdeeld in twee delen, de inlooptijd en de 2
e
inlooptijd. Na het verstrijken van de inlooptijd, gaat een intern alarm af en
start de 2
e
inlooptijd. Na het verstrijken van de 2
e
inlooptijd, gaat een inbraakalarm af (alle binnen- en buiten sirenes).