Operation Manual
3D-grafieken  452
Opmerking: u kunt veel impliciete vormen ook plotten door:
• Ze uit te drukken als parametervoorstellingen. Zie Parameterkrommen.
• Ze op te splitsen in aparte, expliciete functies. Zie het voorbeeld van de 
kennismaking in Grafieken van functies.
De grafische opmaakstijl kiezen
De grafische opmaakstijl kiezenDe grafische opmaakstijl kiezen
De grafische opmaakstijl kiezen
In de grafische modus 3D definieert u een geschikte vergelijking en plot u deze zoals 
voor een willekeurige andere 3D-vergelijking, met de volgende uitzondering. Open het 
dialoogvenster GRAPH FORMATS door op:
@8 Í 
H8 
F 
te drukken in de Y= Editor, de Window editor, of het scherm Graph.
In de Y= Editor voert u de kant van de 
vergelijking in die niet nul is. Dit kan 
omdat een impliciet plot de vergelijking 
automatisch gelijk aan nul stelt.
z1(x,y)=f(x,y)–g(x,y)
Bijvoorbeeld, gegeven de 
ellipsvergelijking hier rechts, voert u de 
impliciete vorm in de Y= Editor in.
Indien x
2
+.5y
2
=30,
dan z1(x,y)=x
2
+.5y
2
–30.
Vervolgens stelt u in: Style = IMPLICIT PLOT










