Operation Manual
TI-Nspire™ Referentiehandleiding 69
nDerivative()
Catalogus
>
nDerivative(Uitdr1,Var=Waarde[,Orde]) waarde
nDerivative(
Uitdr1,Va r [,Orde]) | Var=Waarde waarde
Geeft de numerieke afgeleide die berekend is met automatische
differentiatiemethodes.
Wanneer Waarde gespecificeerd is, wordt elke eerdere
variabeletoekenning of elke huidige “|”-substitutie voor de variabele
onderdrukt.
Als de variabele Va r geen numerieke waarde bevat, moet u Waarde
opgeven.
Orde van de afgeleide moet
1 of 2 zijn.
Opmerking: het algoritme nDerivative() kent een beperking:
het werkt recursief door de niet-vereenvoudigde uitdrukking heen,
door de numerieke waarde van de eerste afgeleide (en indien van
toepassing de tweede) en de uitwerking van iedere subuitdrukking te
berekenen, wat tot een onverwachte uitkomst kan leiden.
Zie het voorbeeld rechts. De eerste afgeleide van x·(x^2+x)^(1/3)
voor x=0 is gelijk aan 0. Omdat de eerste afgeleide van de
subuitdrukking (x^2+x)^(1/3) echter onbepaald is voor x=0, en deze
waarde gebruikt wordt om de afgeleide van de gehele uitdrukking te
berekenen, geeft nDerivative() de uitkomst als onbepaald en toont
een waarschuwingsbericht.
Als u deze beperking tegenkomt, verifieer de oplossing dan grafisch.
U kunt ook proberen centralDiff() te gebruiken.
newList()
Catalogus
>
newList(aantalElementen) lijst
Geeft een lijst met de afmeting aantalElementen. Elk element is nul.
newMat()
Catalogus
>
newMat(aantalRijen, aantalKolommen) matrix
Geeft een matrix met nullen met de afmeting aantalRijen bij
aantalKolommen.
nfMax()
Catalogus
>
nfMax(Uitdr, Va r ) waarde
nfMax(Uitdr, Va r , ondergrens) waarde
nfMax(Uitdr, Va r , ondergrens, bovengrens) waarde
nfMax(Uitdr, Var) | ondergrens{Var {bovengrens waarde
Geeft een mogelijke numerieke waarde van variabele Va r waarvoor
het lokale maximum van Uitdr optreedt.
Als u ondergrens en bovengrens opgeeft, zoekt de functie binnen het
gesloten interval [ondergrens,bovengrens] naar het lokale
maximum.