Operation Manual

TI-Nspire™ Referentiehandleiding 39
For
Catalogus
>
For Va r, Laag, Hoog [, Stap]
Blok
EndFor
Voert de beweringen in Blok iteratief uit voor elke waarde van Va r,
van Laag naar Hoog, in stappen van Stap.
Va r mag geen systeemvariabele zijn.
Stap kan positief of negatief zijn. De standaardwaarde is 1.
Blok kan een enkele bewering of een serie beweringen zijn die
gescheiden worden door het teken “:”.
Opmerking voor het invoeren van het voorbeeld: In de
Rekenmachine-toepassing op de rekenmachine kunt u meerregelige
definities invoeren door op
@ te drukken in plaats van op ·
aan het eind van elke regel. Op het toetsenbord van de computer
houdt u
Alt ingedrukt en drukt u op Enter.
format()
Catalogus
>
format(Waarde[, opmaakString]) string
Geeft Waarde als een tekenreeks op basis van de opmaaktemplate.
opmaakString is een string die de volgende vorm moet hebben:
“F[n]”, “S[n]”, “E[n]”, “G[n][c]”, waarbij [ ] optionele gedeeltes
aangeeft.
F[n]: Vaste opmaak. n is het aantal cijfers dat weergegeven moet
worden achter de decimale punt.
S[n]: Wetenschappelijke opmaak. n is het aantal cijfers dat
weergegeven moet worden achter de decimale punt.
E[n]: Ingenieursopmaak. n is het aantal cijfers na het eerste
significante cijfer. De exponent wordt aangepast naar een veelvoud
van drie, en de decimale punt wordt met nul, één of twee cijfers naar
rechts verplaatst.
G[n][c]: Zelfde als de vaste opmaak, maar scheidt de cijfers links van
de radix (decimale scheidingsteken) tevens in groepen van drie. c
specificeert het groep-scheidingsteken; de standaardinstelling is een
komma. Als c een punt is, wordt de radix weergegeven als een
komma.
[Rc]: Elk van bovengenoemde specificatietekens kan als suffix de Rc
radix-vlag krijgen, waarbij c een enkel teken is dat specificeert wat er
gesubstitueerd moet worden voor het radixpunt.
fPart()
Catalogus
>
fPart(Uitdr1) uitdrukking
fPart(Lijst1) lijst
fPart(Matrix1) matrix
Geeft de breuk van het argument.
Geeft bij een lijst of matrix de breuk van de elementen.
Het argument kan een reëel of complex getal zijn.
FPdf()
Catalogus
>
FPdf(XWaarde,dfTeller,dfNoemer) getal als XWaarde een
getal is,
lijst als XWaarde een lijst is
Berekent de kans voor de F-verdeling bij XWaarde voor de
gespecificeerde dfTeller (vrijheidsgraden) en dfNoemer.