Operation Manual

Hoofdstuk 20: Alfabetisch naslagregister Functies en instructies
331
20ATOZEU.DUT Hoofdstuk 20: Alfabetisch naslagregister Functies en instructies Raquel Revised: 02/15/98 1:39 PM Printed: 10/05/98 3:54 PM Page 331 of 12820ATOZEU.DUT Hoofdstuk 20: Alfabetisch naslagregister Functies en instructies Raquel Revised: 02/15/98 1:39 PM Printed: 10/05/98 3:54 PM Page 331 of 128
Eq4St(
STRNG-menu
Eq
4
St(
vergelijkingsVariabele
,
tekstVariabele
)
Converteert de inhoud van vergelijkingsVariabele naar
een tekst en slaat deze op in tekstVariabele. Zorg ervoor
dat u een vergelijkingsvariabele en geen vergelijking
specificeert.
Met een isgelijkteken (=) maakt u een
vergelijkingsvariabele; zo kunt u deze definiëren. Voer
bijvoorbeeld
A=B¹C
in en niet
B¹CA
.
A=B
¹
C
b
Done
5
B
b
5
2
C
b
2
A
b
10
Eq
4
St(A,STR) Done
STR
b
B
¹
C
Euler
grafisch
opmaakscherm
(gebruik de pijltoetsen
om naar het tweede
scherm te gaan)
Euler
Gebruikt in
DifEq
-grafische instelling een algoritme voor
het oplossen van differentiaalvergelijkingen volgens de
methode van Euler. Gewoonlijk is
Euler
minder
nauwkeurig dan
RK
maar wordt het antwoord veel
sneller gevonden.
eval
MATH MISC-menu
eval
xWaarde
Geeft een lijst met de
y
-waarden die bij alle
gedefinieerde en actuele functies voor een reële
xWaarde zijn berekend.
Vergeet niet dat de ingebouwde
vergelijkingsvariabelen
y1
en
y2
rekening
houden met het verschil tussen hoofd- en
kleine letters:
y1=x^3+x+5
b
Done
y2=2 x
b
Done
eval 5
b
{135 10}
evalF(
CALC-menu
evalF(
expressie
,
variabele
,
waarde
)
Geeft de waarde van expressie die berekend is ten
opzichte van variabele voor een reële of complexe
waarde.
evalF(x^3+x+5,x,5)
b
135