Operation Manual
Hoofdstuk 12: Statistieken 300
4. Druk 6 Ë 5 Í om de eerste lengte van het
touw van de pendel (6,5 cm) op te slaan in
L1. De
rechthoekige cursor verspringt automatisch naar
de volgende rij. Herhaal deze procedure voor elk
van de 12 waarden voor de lengte van het touw,
zoals vermeld in de tabel in te voeren.
5. Druk ~ om de rechthoekige cursor opnieuw naar
de eerste rij van
L2 te verplaatsen.
Druk Ë
51 Í om de eerste tijdmeting (0,51
sec) op te slaan in
L2. De rechthoekige cursor
verspringt automatisch naar de volgende rij.
Herhaal deze procedure voor elk van de 12
waarden voor de tijdmetingen, zoals vermeld in de
tabel op.
6. Druk o om het Y= scherm op te roepen.
Druk, indien nodig, ‘ om de functie
Y1 te
wissen. Druk, indien nodig, }, Í en ~ om de
opties
Plot1, Plot2 en Plot3 in de bovenste regel
van het Y= scherm uit te schakelen (zie hoofdstuk
3). Druk, indien nodig, †, | en Í om de
geselecteerde functies te deselecteren.
7. Druk y ,
1 om in het menu STAT PLOTS
de optie
1:Plot1 te kiezen. Het STAT PLOT scherm
verschijnt nu voor plot 1.