Operation Manual
Hoofdstuk 16: Programmeren 311
Andere programma’s oproepen als subroutines
Een programma vanuit een ander programma oproepen
Met de TI-84 Plus beschikt u over een functie waarmee u een opgeslagen programma als
subroutine kunt oproepen vanuit een ander programma. Voer de naam van het programma dat u
als subroutine wilt laten uitvoeren in een regel in.
U kunt de naam van een programma in de opdrachtregel op twee manieren invoeren.
•Druk | om het menu
PRGM EXEC op te roepen en kies de naam van het programma.
Op de huidige positie van de cursor wordt in de opdrachtregel
prgmnaam automatisch
ingevoegd.
• Kies in het menu
PRGM CTL de optie prgm en voer vervolgens de naam van het programma
in.
prgmnaam
Wanneer tijdens de uitvoering van het programma prgmnaam wordt ontmoet, dan wordt de eerste
opdracht van het secundaire (opgeroepen) programma de volgende opdracht die zal worden
uitgevoerd. Het programma keert terug naar de eerstvolgende opdracht in het oproepende (hoofd-
)programma wanneer ofwel een
Return-instructie wordt ontmoet, ofwel wanneer een impliciete
Return wordt verondersteld aan het einde van het opgeroepen programma.
Subroutine ( '
Opmerkingen over het oproepen van andere programma's
Alle variabelen zijn globale variabelen.
Het
label dat wordt gebruikt in de Goto- en Lbl-instructies is een lokale variabele binnen het
programma waarin dit wordt toegekend. Het
label dat in het ene programma wordt gedefinieerd,
kunt u echter niet in het andere programma gebruiken. U kunt dus geen gebruik maken van de
Goto-instructie om een sprong naar een label in een ander programma te maken.
Met de instructie
Return kunt u een subroutine verlaten en terugkeren naar het oproepende
programma, zelfs wanneer deze instructie zich in geneste lussen bevindt.
Hoofdprogramma Resultaat