Operation Manual
Hoofdstuk 12: Statistieken 211
wordt de regressievergelijking automatisch opgeslagen in de opgegeven Y= variabele en zal de
Y= functie geselecteerd worden.
Ongeacht of u al dan niet een Y= variabele opgeeft voor
regverg, de regressievergelijking wordt
steeds opgeslagen in de TI-84 Plus variabele
RegEQ, optie 1 in het vervolgmenu VARS Statistics
EQ
.
Opmerking: u kunt voor de regressievergelijking gebruik maken van de instelling voor de vaste
notatie van de decimale cijfers om het aantal cijfers na het decimale teken op te geven (zie
hoofdstuk
1). Wanneer u echter het aantal cijfers beperkt, kan dit gevolgen hebben voor de
nauwkeurigheid van de passende curve.
Weergave-modus voor de diagnose
Wanneer u bepaalde regressiemodellen uitvoert, berekent en bewaart de TI-84 Plus diagnostische
waarden voor
r (correlatiecoëfficiënt) en r
2
(determinatiecoëfficiënt) of voor R
2
(determinatiecoëfficiënt). U kunt regelen of deze waarden worden weergegeven door
StatDiagnostics in of uit te schakelen op het modusscherm.
r en r
2
worden berekend en opgeslagen voor de volgende regressiemodellen:
R
2
wordt berekend en opgeslagen voor de volgende regressiemodellen:
De coëfficiënten
r en r
2
die voor de modellen LnReg, ExpReg en PwrReg worden berekend, zijn
gebaseerd op de lineair getransformeerde gegevens. Zo worden bijvoorbeeld voor
ExpReg
(y=ab^x),
r en r
2
berekend op basis van ln y=ln a+x(ln b).
Deze waarden worden standaard niet samen met de resultaten van een regressiemodel
weergegeven wanneer u dit toepast. U kunt echter de weergavemodus voor de
MathPrint™
MathPrint™
MathPrint™
Classic
Classic
LinReg(ax+b)
LinReg(a+bx)
LnReg
ExpReg
PwrReg
QuadReg CubicReg QuartReg