Operation Manual
Hoofdstuk 11: Lijsten 181
Het menu LIST OPS
Het menu LIST OPS
Als u het menu
LIST OPS wilt oproepen, drukt u y 9 ~.
SortA(, SortD(
Met de functie
SortA( (oplopend rangschikken) kunt u de elementen in een lijst van de kleinste naar de
grootste waarde rangschikken. Met de functie
SortD( (aflopend rangschikken) worden de elementen
in een lijst van de hoogste naar de kleinste waarde gerangschikt. Lijsten met complexe getallen
worden steeds gerangschikt op basis van de grootheid (modulus) van het getal.
Wanneer u één lijst als argument gebruikt, kunt u met de functies
SortA( en SortD( de elementen
van
lijstnaam rangschikken en de lijst in het geheugen bijwerken.
Wanneer u twee of meer lijsten als argumenten gebruikt, kunt u met de functies
SortA( en SortD(
eerst
lijstOnafh, rangschikken, en worden vervolgens de elementen van elke lijstAfh gerangschikt op
basis van de dezelfde volgorde als de overeenkomstige elementen in de
lijstOnafh. Bovendien
moeten alle lijsten dezelfde dimensie hebben.
NAMES OPS MATH
1: SortA(
Rangschikt lijsten in stijgende (oplopende) volgorde.
2: SortD(
Rangschikt lijsten in dalende (aflopende) volgorde.
3: dim(
Definieert de dimensie van de lijst.
4: Fill(
Stelt alle elementen van de lijst gelijk aan een constante waarde.
5: seq(
Maakt een rij.
6: cumSum(
Geeft een lijst van de cumulatieve sommen als resultaat.
7: @List(
Geeft het verschil tussen de opeenvolgende elementen als
resultaat.
8: Select(
Selecteert specifieke gegevenspunten.
9: augment(
Voegt twee lijsten samen.
0: List4matr(
Slaat een lijst in een matrix op.
A: Matr4list(
Slaat een matrix in een lijst op.
B: Ù
Definieert het gegevenstype van de lijstnaam.
SortA(lijstnaam)SortD(lijstnaam)