Operation Manual
Hoofdstuk 10: Matrices 167
det(
De functie
det( (determinant) geeft de determinant (een reëel getal) van een vierkante matrix als
resultaat.
det(matrix)
Trans-poneren
Met de functie
T
(transponeren) kunt u een matrix genereren waarin elk element (rij, kolom) wordt
verwisseld met het overeenkomstige element (kolom, rij) van
matrix.
matrix
T
De dimensie van een matrix gebruiken met de functie dim(
De functie
dim( (dimensie) resulteert in een lijst die de dimensies ({rijen,kolommen}) van matrix bevat.
dim(matrix)
Opmerking: dim(matrix)! Ln:Ln(1) resulteert in het aantal rijen. dim(matrix)!Ln:Ln(2) geeft het
aantal kolommen als resultaat.
Een matrix maken met de functie dim(
U kunt de functie
dim( met ¿ gebruiken om een nieuwe matrix te maken met de dimensie rijen ×
kolommen, waarbij alle elementen in de nieuwe matrix de waarde nul toegewezen krijgen.
E:ärow(
Vermenigvuldigt de rij met een getal.
F:ärow+(
Vermenigvuldigt de rij met een getal en telt het resultaat op bij de
tweede rij.
NAMES MATH EDIT