Operation Manual

Hoofdstuk 6: De grafiek van getallenrijen plotten 116
Een grafiek van een getallenrij tonen
Wanneer u de grafiek van de geselecteerde functies voor getallenrijen wilt plotten, drukt u s.
Terwijl de grafiek wordt geplot, worden de waarden van X, Y en
n automatisch bijgewerkt.
U kunt de Smart Graph functie ook voor grafieken van getallenrijen gebruiken (zie hoofdstuk 3).
Grafieken van getallenrijen onderzoeken
De vrij beweegbare cursor
U kunt de vrij beweegbare cursor in de grafiekmodus Seq precies op dezelfde manier gebruiken
als in de grafiekmodus Func. Als u in de
RectGC-opmaak de cursor verplaatst, worden de waarden
van X en Y bijgewerkt; indien de
CoordOn-opmaak geselecteerd staat, worden de X- en Y-
waarden weergegeven. In de
PolarGC-opmaak worden de variabelen X, Y, R en q bijgewerkt;
indien de
CoordOn-opmaak geselecteerd staat, worden de R- en q-waarden weergegeven.
TRACE
De instellingen voor de opmaak van de assen zal bepalend zijn voor het resultaat van de TRACE
functie.
Wanneer u
Time, uv, vw of uw als instellingen voor de opmaak van de assen hebt gekozen en de
TRACE functie hebt geactiveerd, kunt u de volgcursor telkens één PlotStep over de grafiek van de
getallenrij verplaatsen. Als u de cursor telkens vijf geplotte punten wilt laten verspringen, moet u
drukken y ~ of y |.
Wanneer u de volgprocedure begint, bevindt de volgcursor zich op de eerst geselecteerde
getallenrij ter hoogte van het item in de getallenrij waarvan het nummer werd opgegeven in
PlotStart, zelfs indien dit item buiten de reikwijdte van het uitleesvenster staat.
U kunt de Quick Zoom functie in alle richtingen gebruiken. Als u de volgcursor hebt verplaatst
en de huidige positie van de cursor als middelpunt van het uitleesvenster wilt gebruiken, moet
u Í drukken. De volgcursor wordt dan opnieuw
nMin.
Als u de Web-opmaak hebt gekozen, dan kunt u met behulp van de weg die de cursor wolgt
wanneer u deze verplaatst, die punten in de getallenrij gemakkelijk vinden die een convergerende
dan wel een divergerende eigenschap hebben. Bij het begin van de volgprocedure bevindt de
cursor zich op de x-as ter hoogte van de beginwaarde die voor de eerst geselecteerde functie
werd gedefinieerd.
Opmerking: wanneer u een getallenrij wilt berekenen tijdens het volgen, moet u een waarde voor n
in voeren en vervolgens
Í drukken. Voorbeeld: als u de cursor snel naar het begin van de
getallenrij wilt doen terugspringen, moet u
nMin invoeren na de n= aanwijzer en Í drukken.
vw v(n) w(n)
uw u(n) w(n)
Asinstelling x-as y-as