Operation Manual
Hoofdstuk 6: De grafiek van getallenrijen plotten 113
wordt de status omgeschakeld voor zowel de functie voor getallenrijen
u(n) als voor de
overeenkomstige beginwaarde
u(nnMin).
Functies voor getallenrijen definiëren
Wanneer u een functie voor getallenrijen wilt definiëren, volgt u de procedure die in hoofdstuk 3
werd beschreven voor het definiëren of bewerken van een functie. De onafhankelijke variabele in
een functie voor getallenrijen is
n.
In het algemeen zijn getallenrijen ofwel recursief ofwel niet-recursief. Deze worden alleen
berekend voor opeenvolgende gehele getallen.
n is steeds een rij van opeenvolgende gehele
getallen, beginnend met nul of een ander positief geheel getal.
Niet-recursieve getallenrijen
Bij niet-recursieve getallenrijen wordt het
nde item bepaald in functie van de onafhankelijke
variabele
n. Elke functie staat los van alle andere functies.
Voorbeeld: in de niet-recursieve getallenrij in het onderstaande scherm kunt u
u(5) rechtstreeks
berekenen, zonder eerst
u(1) of een andere functie te moeten berekenen.
De bovenstaande vergelijking voor getallenrijen geeft de volgende getallenrij als resultaat: 2, 4, 6,
8, 10, ... voor n = 1, 2, 3, 4, 5,
...
Opmerking: u hoeft de beginwaarde uu(nMin) niet in te voeren wanneer u niet-recursieve
getallenrijen berekent.
Recursieve getallenrijen
Bij een recursieve getallenrij wordt het
nde item in de getallenrij gedefinieerd afhankelijk van het
vorige item of de vorige twee items, die worden voorgesteld door
u(nN1) en u(nN2). U kunt een
recursieve getallenrij ook definiëren in functie van
n, bijvoorbeeld u(n)=unN1)+n.
Voorbeeld: in de onderstaande getallenrij kunt u u(5) pas berekenen wanneer u de waarden voor
u(1), u(2), u(3) en u(4) eerst hebt berekend.
Wanneer u de beginwaarde
u(nMin) = 1 instelt, zal de bovenstaande functie voor getallenrijen het
volgende resultaat opleveren: 1, 2, 4, 8, 16, . . .