Operation Manual

Hoofdstuk 4: Grafieken van parametervergelijkingen 103
De grafiek van een parametervergelijking onderzoeken
De vrij beweegbare cursor
U kunt de vrij beweegbare cursor in de grafiekmodus Par precies op dezelfde manier gebruiken
als in de grafiekmodus Func.
Als u in de
RectGC-opmaak de cursor verplaatst, worden de waarden van X en Y bijgewerkt;
indien de
CoordOn-opmaak geselecteerd staat, worden de X- en Y-waarden weergegeven.
In de
PolarGC-opmaak worden de variabelen X, Y, R en q bijgewerkt; indien de CoordOn-opmaak
geselecteerd staat, worden de R- en q-waarden weergegeven.
TRACE
Als u de TRACE functie (volgen) wilt activeren, moet u r drukken. Wanneer u de TRACE
functie hebt geactiveerd, kunt u de volgcursor telkens één
Tstep over de grafiek van de vergelijking
verplaatsen. Wanneer u de volgprocedure begint, zal de volgcursor zich ter hoogte van de eerst
geselecteerde functie op de positie
Tmin bevinden. Als de ExprOn functie werd geselecteerd, zal
de functie worden getoond.
In de
RectGC-opmaak kunt u met de TRACE functie de waarden van X, Y en T bijwerken en
weergeven indien de
CoordOn-opmaak werd gekozen.
In de
PolarGC-opmaak worden de variabelen X, Y, R, q en T bijgewerkt; indien de CoordOn-
opmaak geselecteerd staat, worden R, q en T weergegeven. Op basis van de waarde T worden de
variabelen X en Y (of R en q) berekend.
Als u de cursor vijf punten verder in de functie wilt plaatsen, drukt u y | of y ~. Zelfs indien u
de cursor verder dan de boven- of ondergrens van het scherm verplaatst, worden de
overeenkomstige waarden van de coördinaten onderaan het scherm weergegeven.
Quick Zoom is mogelijk in de grafiekmodus Par; u kunt het venster echter niet naar links of rechts
verschuiven.
De volgcursor op een geldige T-waarde plaatsen
Wanneer u de volgcursor wilt verplaatsen naar een geldige
T-waarde in de actuele functie, moet u
het getal invoeren. Als u het eerste cijfer invoert, verschijnt een
T= aanwijzer gevolgd door de
cijfers die u hebt ingevoerd links onderaan het scherm. U kunt ook een uitdrukking na de
T=
aanwijzer invoeren. De waarde die u invoert moet wel een geldige waarde zijn voor het actuele
uitleesvenster. Wanneer u alles hebt ingevoerd, moet u Í drukken om de cursor te
verplaatsen.