Operation Manual

Appendix B: Algemene informatie 719
het bezig-symbool). @X is de afstand tussen de middelpunten van twee aan elkaar
grenzende beeldpunten.
In de schermmodus
Full wordt @X berekend als (Xmax N Xmin) à 94. In de modus
voor het gesplitste scherm
G-T wordt @X berekend als (Xmax N Xmin) à 46.
Als u in het basisscherm of vanuit een programma in de schermmodus
Full een
waarde opgeeft voor @
X, dan wordt Xmax berekend als Xmin + @X äŠ 94. In de
modus voor het gesplitste scherm
G-T wordt Xmax dan berekend als
Xmin + @X äŠ 46.
Ymin is het midden van het op één na onderste beeldpunt (pixel). Ymax is het midden
van het bovenste beeldpunt. @
Y is de afstand tussen de middelpunten van twee aan
elkaar grenzende beeldpunten.
In de schermmodus
Full wordt @Y berekend als (Ymax N Ymin) à 62. In de modus
voor het gesplitste scherm
Horiz wordt @Y berekend als (Ymax N Ymin) à 30. In de
modus voor het gesplitste scherm
G-T wordt @Y berekend als (Ymax N Ymin) à 50.
Als u in het basisscherm of vanuit een programma in de schermmodus
Full een
waarde opgeeft voor @
Y, dan wordt Ymax berekend als Ymin + @Y äŠ 62. In de modus
voor het gesplitste scherm
Horiz wordt Ymax berekend als Ymin + @Y äŠ 30. In de
modus voor het gesplitste scherm
G-T wordt Ymax berekend als Ymin + @Y äŠ 50.
De coördinaten van de cursor worden getoond als getallen van acht tekens (eventueel
een negatief teken, decimaal teken en exponent inbegrepen) wanneer de modus
Float
werd geselecteerd. De waarden van
X en Y worden aangepast met een maximale
nauwkeurigheid van acht cijfers.
minimum en maximum in het menu CALCULATE worden berekend met een
nauwkeurigheid van 1âL5.
f(x)dx in het menu CALCULATE worden berekend met een
nauwkeurigheid van 1âL3. Hierdoor kan het voorkomen dat het getoonde resultaat niet