Operation Manual
TI-83 Plus Wiskundige, hoek- en vergelijkende bewerkingen 80
•
De variabelen in de vergelijking worden weergegeven in de
volgorde waarin deze in de vergelijking voorkomen. De waarden
die in de getoonde variabelen werden opgeslagen, worden
eveneens weergegeven.
•
De standaardwaarden voor de onder- en bovengrens verschijnen
op de laatste regel in het scherm (
bound={
L
1
å
99,1
å
99}
).
•
Het symbool
$
wordt op de onderste regel in de eerste kolom
weergegeven wanneer het vergelijkingsscherm meer regels bevat
dan op het scherm kunnen worden getoond.
Tip: als u de vergelijkingsoplosser wilt gebruiken om een vergelijking als
bijvoorbeeld K=.5MV
2
te bereken, moet u eqn:0=K
N
.5MV
2
invoeren in het
vergelijkingsscherm.
Waarden voor variabelen invoeren en bewerken
Wanneer u een waarde voor een variabele invoert in het interactieve
oplosserscherm, wordt de nieuwe waarde in deze variabele in het
geheugen opgeslagen.
U kunt ook een uitdrukking invoeren als de waarde voor deze variabele.
Deze wordt dan berekend wanneer u overschakelt naar de volgende
variabele. Uitdrukkingen moeten steeds reële getallen als resultaat
opleveren in elke fase van de iteratie.
U kunt vergelijkingen steeds opslaan in de functievariabelen
VARS
Y-VARS
,
bijvoorbeeld
Y1
of
r6
, om naar deze
Y=
-variabelen in de vergelijking