Operation Manual
TI-83 Plus Verbinding 693
9. Selecteer alleen het data type. Wanneer het apparaat bijvoorbeeld
net een lijst heeft verstuurd, selecteer
4:LIST
.
Opmerking: het (de) object(en) dat (die) u wilt versturen is (zijn) al
voorgeselecteerd bij het vorige overzenden. Selecteer of deselecteer geen
andere objecten. Als u toch een element selecteert of deselecteert worden
alle selecties, die gemaakt zijn bij het vorige overzenden, geannuleerd.
10.Druk op
~
op de zender om het
TRANSMIT
menu te laten weergeven.
11.Op de nieuwe ontvanger, druk op
y
8
~
om het
RECEIVE
menu
te laten weergeven.
12.Druk op
Í
op de ontvanger.
13.Druk op
Í
op de zender. Een kopie van het (de) geselecteerde
object(en) wordt (worden) overgezonden naar de ontvanger.
14.Herhaal stappen 7 t/m 13 totdat de objecten naar alle extra
apparaten zijn verzonden.
Naar een TI-83 zenden
U kunt alle types variabelen van een TI-83 Plus naar een TI-83 zenden
behalve
Flash toepassingen, toepassingsvariabelen, gegroepeerde
variabelen, nieuwe types variabelen, of programma’s met nieuwe
functies (zoals
Archive
,
UnArchive
,
Asm(
,
AsmComp
, en
AsmPrgm
)
.