Operation Manual

TI-83 Plus De werking van de TI-83 Plus Silver Edition 30
Type variabele Namen
Statistische afbeeldingen
Plot1
,
Plot2
,
Plot3
Grafische gegevensbestanden
GDB1
,
GDB2
, . . . ,
GDB9
,
GDB0
Grafische beelden
Pic1
,
Pic2
, . . . ,
Pic9
,
Pic0
Tekenreeksen
Str1
,
Str2
, . . . ,
Str9
,
Str0
Apps Toepassingen
AppVars Toepassingsvariabelen
Groepen Gegroepeerde variabelen
Systeemvariabelen
Xmin
,
Xmax
en andere
Opmerkingen over variabelen
U kunt zoveel lijstnamen definiëren als er geheugen beschikbaar is
(zie hoofdstuk 11).
Programma's krijgen een naam toegewezen die door de gebruiker
wordt gedefinieerd en worden samen met de variabelen (zie
hoofdstuk 16) in het geheugen opgeslagen.
Vanuit het basisscherm of een programma kunt u gegevens in een
matrix (zie hoofdstuk 10), lijsten (zie hoofdstuk 11), tekenreeksen (zie
hoofdstuk 15), systeemvariabelen zoals
Xmax
(zie hoofdstuk 1),
TblStart
(zie hoofdstuk 7) en alle
Y=
functies (zie hoofdstuks 3, 4, 5 en
6) opslaan.
Vanuit een bewerkingsscherm kunt u ook gegevens in matrices,
lijsten en
Y=
functies (zie hoofdstuk 3) bewaren.