Operation Manual

TI-83 Plus Grafieken van parametervergelijkingen 173
De horizontale componentvector wordt
gedefinieerd door
X3T
en
Y3T
.
6. Druk op
~
2
en druk vervolgens op
1
Í
om
X3T
te definiëren. Druk op
0
Í
om
Y3T
te definiëren.
7. Druk op
|
|
}
Í
om de grafische stijl te
wijzigen naar
è
voor
X3T
en
Y3T
. Druk op
}
Í
Í
om de grafische stijl te wijzigen
naar
ë
voor
X2T
en
Y2T
. Druk op
}
Í
Í
om de grafische stijl te wijzigen naar
ë
voor
X1T
en
Y1T
. (Bij deze toetsaanslagen wordt ervan
uitgegaan dat alle grafische stijlen
oorspronkelijk zijn ingesteld op
ç
.)
8. Druk op
p
. Voer deze waarden in voor de
venstervariabelen.
Tmin=0 Xmin=
L
10 Ymin=
L
5
Tmax=5 Xmax=100 Ymax=15
Tstep=.1 Xscl=50 Yscl=10
9. Druk op
y
.
~
Í
om
AxesOff
in te stellen, hetgeen tot gevolg heeft
dat de assen worden uitgeschakeld.