Operation Manual

14
TI36NLD.DOC TI-36X II Manual -- Dutch Linda Bower
Revised: 07/24/00 3:22 PM Printed: 07/24/00 4:51 PM
Page 14 of 48
Geheugen
De TI
-
36X
ü
heeft vijf geheugenvariabelen. U kunt een
reëel getal of in een geheugenvariabele. Voor het opslaan
van complexe getallen in het geheugen, zie
pagina 31.
S
Hiermee kunt u waarden opslaan in
variabelen.
%q
Roept de waarden van variabelen op.
R
Roept variabelen op door toewi
j
zin
g
van
een letter.
%p
Geeft het menu weer: CLR VAR: Y N.
Selecteer Y
(j
a
)
en druk op
V
om
alle
g
eheu
g
envariabelen te wissen, en
initialiseer “begin” opnieuw in E.
Als u op
S
drukt, verschijnt er een variabelenmenu: A,
B, C, D, en E. Druk op
"
of
!
om een variabele te
selecteren. Druk op
V
, en de waarde van uw laatste
antwoord wordt opgeslagen in de variabele die u heeft
geselecteerd. Als de variabele al een waarde bevat, zal
deze worden vervangen door de nieuwe.
Als u een uitdrukking invoert en op
S
drukt, en daarna
op
V
, zal de TI-36X
ü
tegelijkertijd de uitdrukking
uitwerken en de uitkomst opslaan in de geheugenvariabele
die u selecteert.
Druk op
%q
om het menu van geheugenvariabelen
weer te laten geven. Druk op
"
of
!
om de variabele te
selecteren die u wilt oproepen, en druk op
V
. De
waarde in deze variabele wordt ingevoegd in uw actuele
invoer op de cursor positie.
Ook door
R
in te drukken verschijnt het menu van
geheugenvariabelen, en u selecteert degene die u wenst op
te roepen. Echter, naam van de variabele en niet de waarde
zelf wordt ingevoegd in uw actuele invoer. Aangezien de
naam van de variabele de waarde bevat, geeft uitwerking
van de uitdrukking dezelfde resultaten.