Operation Manual

26 Werkbladen Tijdwaarde-van-geld en Aflossing
Om de variabelen van het werkblad Aflossing (P1, P2, BAL, PRN, INT)
naar de standaardwaarden te resetten drukt u op & z als u
in het werkblad Aflossing bent.
•Om
END/BGN te resetten naar de standaardwaarde drukt u op &
] & z.
De ongebruikte variabele wissen
Bij vraagstukken waarbij u slechts vier van de vijf TVM-variabelen
gebruikt, voert u de waarde nul in voor de ongebruikte variabele.
Om bijvoorbeeld de contante waarde (
PV) te bepalen van een bekende
toekomstige waarde (FV) bij een bekend rentepercentage (I/Y) en geen
betalingen, voert u 0 in en drukt u op
PMT.
Positieve en negatieve waarden voor outflows en inflows
invoeren
Voer negatieve waarden voor outflows (uitgaande geldstromen) en
positieve waarden voor inflows (inkomende geldstromen) in.
Opmerking: Om een negatieve waarde in te voeren drukt u op S
nadat u het getal hebt ingevoerd. Om een negatieve waarde in een
positieve waarde te veranderen drukt u op S.
Waarden voor I/Y, P/Y en C/Y invoeren
•Voer I/Y in als het nominale rentepercentage. Het werkblad TVM
converteert I/Y automatisch in een tarief per periode op basis van de
waarden van
P/Y en C/Y.
Als u een waarde invoert voor
P/Y, wordt dezelfde waarde
automatisch ingevoerd voor
C/Y. (U kunt C/Y veranderen.)
Verschuldigde betalingen met annuïteiten specificeren
Gebruik END/BGN om te specificeren of de transactie een gewone
annuïteit is, of een annuïteit vooraf.
•Stel
END in voor gewone annuïteiten, waarbij betalingen
plaatsvinden op het eind van iedere betalingsperiode. (Deze
categorie omvat de de meeste leningen.)
•Stel BGN in voor annuïteiten vooraf, waarbij betalingen
plaatsvinden aan het begin van iedere betalingsperiode. (Deze
categorie omvat de meeste leases.)
Opmerking: Wanneer u begin-van-periode-betalingen selecteert,
verschijnt de
BGN-indicator. (Er verschijnt geen indicator voor END-
betalingen.)