User Manual

7 Meting uitvoeren
13
Handmatige meetmodus
Instrument bevindt zich in de AUTO A-meetmodus.
1. Automatische meetmodus uitschakelen: [] <1 s indrukken.
2. Kiezen tussen A AC en A DC: [] <1 s indrukken.
- De gemeten waarde wordt in het LC-display weergegeven.
Wisselen naar de automatische meetmodus: [] >1 s indrukken.
- Het instrument bevindt zich in de automatische meetmodus, wanneer
AUTO in het LC-display oplicht.
7.3.2. testo 760-2/-3
WAARSCHUWING
Ernstig verwondingsgevaar van de gebruiker en/of vernietiging van
het instrument tijdens de stroommeting.
> Meetkring moet spanningsvrij zijn.
Na het reageren van de zekeringen eerst de oorzaak elimineren,
voordat de zekering wordt vervangen.
Het instrument mag alleen worden ingezet in met 16 A beveiligde
stroomkringen met een nominale spanning van maximaal 600 V
(760-2) / 1000 V (760-3). De nominale diameter van de
aansluitleiding moet in acht genomen worden, en er moet voor een
veilige verbinding (bijv. via krokodilklemmen) worden gezorgd.
Sterke storingsbronnen in de buurt leiden tot een instabiele
indicatie en tot meetfouten.
7.3.2.1. 10 A-bus
Instrument is ingeschakeld.
Automatische meetmodus
1. Meetleidingen verbinden: Zwarte meetleiding aan bus COM, rode
meetleiding aan bus 10A.
- Het instrument bevindt zich in AUTO 10A-modus.
2. Meetleidingen verbinden met het testobject.
- De gemeten waarde wordt in het LC-display weergegeven.
Handmatige meetmodus
Instrument bevindt zich in de AUTO 10A-meetmodus.
1. Automatische meetmodus uitschakelen: [] <1 s indrukken.
2. Kiezen tussen A AC en A DC: [] <1 s indrukken.
- De gemeten waarde wordt in het LC-display weergegeven.
Wisselen naar de automatische meetmodus: [] >1 s indrukken.
- Het instrument bevindt zich in de automatische meetmodus, wanneer
AUTO in het LC-display oplicht.
7.3.2.2. µA/mA-bus
Instrument is ingeschakeld.