Manual

9 Meting uitvoeren
33
verwijderd.
- Meetpunt verschuiven / verwijderen [Edit/Remove
measurement point…]
- Meetpunt 1 [Measurement point 1]
- Meetpunt 2 [Measurement point 2]
- …
o Middelpuntmeting [Center spot]: het
temperatuurmeetpunt in het midden van het beeld wordt
gemarkeerd met een wit dradenkruis en de waarde wordt
getoond.
o Hotspot [Hotspot]: Het hoogste temperatuurmeetpunt
wordt gemarkeerd met een rood dradenkruis en de waarde
wordt getoond.
o Coldspot [Coldspot]: Het laagste temperatuurmeetpunt
wordt gemarkeerd met een blauw dradenkruis en de
waarde wordt getoond.
o Alles tonen / alles verbergen [Show all / Hide all]:
middelpunt, hotspot en coldspot worden getoond of
verborgen.
• Nieuw Min/Max-bereik [New Min/Max on area]:
o Min/Max-bereik [Min/Max on area]: bereik in het midden
van het beeld wordt getoond. Voor dit bereik worden de
minimale, maximale en gemiddelde waarde getoond.
o Hotspot [Hotspot]: het hoogste temperatuurmeetpunt
binnen de bereikmarkering wordt gemarkeerd met een
rood dradenkruis en de waarde wordt getoond.
o Coldspot [Coldspot]: het laagste temperatuurmeetpunt
binnen de bereikmarkering wordt gemarkeerd met een
blauw dradenkruis en de waarde wordt getoond.
o Alles tonen / alles verbergen [Show all / Hide all]: het
geselecteerde bereik wordt getoond of verwijderd.
• Meetbereik [Measurement range]: keuze uit de meetbereiken
-30 … 100 °C, 0 … 650 °C of Autorange.
• Automatische meetbereikomschakeling [Autorange]:
camera herkent temperatuur en wisselt automatisch naar het
passende meetbereik.
• Verschiltemperatuur [Differential temperature]: berekent het
verschil tussen twee temperaturen.
o Verschil tussen twee meetpunten
o Verschil tussen meetpunt en invoerwaarde
o Verschil tussen meetpunt en waarde van een externe
voeler
o Verschil tussen meetpunt en de gereflecteerde
temperatuur (RTC)