Quick Start Guide
(1) EFFECT. Nel modo EDIT potete
usare questo encoder per scrollare
l’elenco degli eetti disponibili
nel dispositivo. Premendo la
manopola assegnate l’eetto
scelto al pedale ora attivo. Nel
modo PLAY questo encoder non ha
nessuna funzione.
(2) LCD DISPLAY. Nel modo PLAY
i display mostrano quali eetti
sono caricati e attivi ora per ogni
pedale corrispondente. Nel modo
EDIT i display mostrano l’eetto,
TonePrint e le impostazioni delle
manopole per la sezione di eetto
selezionata.
(3) PLAY/EDIT. Questa manopola
alterna I modi PLAY ed EDIT.
(4) FOOTSWITCH. Nel modo EDIT
premendo un interruttore,
selezionate quel pedale per
la modica. Nel modo PLAY
premendo un interruttore attivate
o disattivate l’eetto per ogni
sezione specica (da 1 a 5).
Per alcuni eetti l’interruttore
ha funzioni aggiuntive, come
il controllo di espressione
MASH o per stabilire il tempo
metronomico.
(5) INDICATOR. Questi led mostrano
la condizione on/o dell’eetto.
(6) PARAMETER. Nel modo EDIT
potete usare le manopole
PARAMETER per regolare i
parametri specici dell’eetto
per la sezione di eetti scelta. Nel
modo PLAY potete assegnare ogni
manopola al controllo di qualsiasi
parametro per una regolazione
rapida, al volo.
(7) BOARD. Questo interruttore
alterna i pedali virtuali per
qualsiasi soluzione personalizzata,
no a 5 eetti.
(8) TONEPRINT. Nel modo EDIT
potete usare questo encoder
per scrollare l’elenco dei
TonePrint disponibili per l’eetto
selezionato. Premendo l’encoder
assegnate il TonePrint scelto al
pedale attualmente attivo. Nel
modo PLAY questo encoder non ha
nessuna funzione.
(9) INPUT (MONO/STEREO)
Queste connessioni accettano
connettori standard sbilanciati da
6,35mm. Per connessioni stereo
usate entrambi gli ingressi, per
connessioni mono usate solamente
la presa MONO.
(10) OUTPUT (MONO/STEREO) Queste
connessioni emettono l’audio
processato tramite connettori
standard sbilanciati da 6,35mm.
Per connessioni stereo usate
ambedue le uscite, per connessioni
mono usate solamente la presa
MONO.
(11) INSERT (SEND/RETURN) Potete
usare queste connessioni per
inserire nella catena del segnale
interno di PLETHORA X5 pedali
eetti esterni o unità rack, usando
cavi sbilanciati con connettori jack
da 6,35mm.
(12) EXP Potete usare questa
connessione per collegare
pedali esterni di espressione con
connettore jack da 6,35mm. a
tre poli.
(13) DC INPUT Serve per l’alimentatore
esterno in dotazione (9 V DC,
>600 mA). Usate esclusivamente
alimentatori esterni TC Electronic.
(14) USB Connessione per il computer
per usare la TonePrint App, e
aggiornamenti rmware.
(15) MIDI IN/THRU Prese per
controllare la pedaliera e la
selezione della BOARD tramite
controller MIDI esterni.
(IT) Passo 1:Controlli (NL) Stap 1: Bediening
(1) EFFECT encoder knop. In de
EDIT-modus kan deze knop
worden gebruikt om door de
lijst met beschikbare eecten
in het product te bladeren. Door
op de knop te drukken, wordt
het geselecteerde eect aan de
momenteel actieve voetschakelaar
toegewezen. In de PLAY-modus
heeft deze knop geen functie.
(2) LCD-SCHERMEN. In de PLAY-modus
laten de displays zien welke eecten
momenteel geladen en actief zijn
voor elk van de corresponderende
voetschakelaars. In de EDIT-modus
tonen de displays het eect, de
TonePrint en de knopinstellingen
voor het geselecteerde eectvak.
(3) AFSPELEN / BEWERKEN knop
schakelt tussen de PLAY- en
EDIT-modi.
(4) VOETSCHAKELAAR toetsen. Door in
de EDIT-modus op een voetschakelaar
te drukken, wordt die voetschakelaar
geselecteerd voor bewerking.
Door in de PLAY-modus op een
voetschakelaar te drukken, wordt het
eect in- en uitgeschakeld voor elke
overeenkomende eectgleuf (1 t / m
5). Voor sommige eecten heeft de
voetschakelaar extra functies, zoals
MASH-expressiecontrole of een tap
tempo-invoer.
(5) INDICATIELEDS toon de eect aan
/ uit status.
(6) PARAMETER knoppen. In de
EDIT-modus kunnen de PARAMETER-
knoppen worden gebruikt om
specieke eectparameters voor
het geselecteerde eectvak aan te
passen. In de PLAY-modus kan elke
knop worden toegewezen om elke
parameter te besturen voor snelle,
on-the-y aanpassing.
(7) BORD switch schakelt tussen de
virtuele pedaalborden die elk
aanpasbare arrangementen van
maximaal 5 eecten bevatten.
(8) TOONAFDRUK encoder knop. In
de EDIT-modus kan deze knop
worden gebruikt om door de lijst
met beschikbare TonePrints voor
het geselecteerde eect te scrollen.
Door op de knop te drukken,
wordt de geselecteerde TonePrint
toegewezen aan de momenteel
actieve voetschakelaar. In de PLAY-
modus heeft de knop geen functie.
(9) INGANG (MONO / STEREO)
aansluitingen accepteren
standaard ¼" TS-aansluitingen.
Stereo-ingangen gebruiken
beide aansluitingen, terwijl
mono-ingangen alleen de ¼"
MONO-aansluiting gebruiken.
(10) UITGANG (MONO / STEREO)
aansluitingen verzenden
bewerkstelligde audio met
standaard ¼" TS-aansluitingen.
Stereo-uitgangen gebruiken
beide aansluitingen, terwijl
mono-uitgangen alleen de ¼"
MONO-aansluiting gebruiken.
(11) INSERT (VERZENDEN / RETOUR)
aansluitingen kunnen worden
gebruikt om externe eectpedalen
of rekeenheden op te nemen in de
PLETHORA X5 interne signaalketen
door ongebalanceerde kabels met
¼" TS-connectoren te gebruiken.
(12) EXP aansluiting kan worden
gebruikt om externe
expressiepedalen aan te sluiten
met een ¼" TRS-connector.
(13) DC-INGANG verbindt de
meegeleverde externe voeding
(9 V DC,> 600 mA). Gebruik
uitsluitend TC Electronic externe
voedingen.
(14) USB ingang wordt aangesloten
op een computer voor verbinding
met de TonePrint-app en voor
rmware-updates.
(15) MIDI IN / THRU -aansluitingen
stellen u in staat voetschakelaars
en bordselectie te bedienen via
externe MIDI-controllers.
20 21Quick Start GuidePLETHORA X5










