Safety data sheet
VIB nr: 41955 V001.18
Tangit Reinigingsmiddel PVC-U/C ABS
Pagina 3 van
13
RUBRIEK 4: Eerstehulpmaatregelen
4.1. Beschrijving van de eerstehulpmaatregelen
Algemene informatie:
Bij klachten arts consulteren.
Inademen:
Frisse lucht, bij aanhoudende klachten arts consulteren.
Huidcontact:
spoelen onder stromend water met zeep. huidverzorging: Verontreinigde kleding onmiddellijk uittrekken.
Oogcontact:
Onmiddellijk de ogen spoelen met een zachte waterstraal of een oogspoelmiddel voor minstens 5 minuten. Indien de pijn
aanhoudt (intensieve pijn, gevoelig voor licht, visuele storing), blijven spoelen en een dokter consulteren of naar het hospitaal
gaan.
Verslikken:
Spoelen van de mondholte, drinken van 1-2 glazen water, arts consulteren.
4.2. Belangrijkste acute en uitgestelde symptomen en effecten
Veroorzaakt ernstige oogirritatie.
Herhaalde blootstelling kan een droge of een gebarsten huid veroorzaken.
Dampen kunnen slaperigheid en duizeligheid veroorzaken.
4.3. Vermelding van de vereiste onmiddellijke medische verzorging en speciale behandeling
Zie hoofdstuk: Beschrijving van de eerstehulpmaatregelen
RUBRIEK 5: Brandbestrijdingsmaatregelen
5.1. Blusmiddelen
Geschikte blusmiddel:
schuim, bluspoeder, koolstofdioxide, watersproeistraal, waternevel
De blusmiddelen die om veiligheidsreden niet gebruikt mogen worden:
Waterstraal (vol)
5.2. Speciale gevaren die door de stof of het mengsel worden veroorzaakt
kan explosieve gas/lucht-mengsels vormen.
In geval van brand kan koolmonoxide (CO) en kooldioxide (CO2) worden vrijgemaakt.
5.3. Advies voor brandweerlieden
Persoonlijke veiligheidskleding dragen.
Van de omgevingslucht onafhankelijk ademmasker dragen.
Extra aanwijzingen:
De aan gevaar blootgestelde tanks met watersproeistraal koelen.
RUBRIEK 6: Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel
6.1. Persoonlijke voorzorgsmaatregelen, beschermde uitrusting en noodprocedures
Persoonlijke veiligheidskleding dragen.
Slibgevaar door uitlopend product
Aanraking met de ogen en de huid vermijden.
Zorg voor een voldoende ventilatie.
6.2. Milieuvoorzorgsmaatregelen
Mag niet in de riolering / water / grondwater terecht komen.