Operation Manual

31
NL
Excel Analyser Software
Functieknoppen
Grafiek
De grafiek is een grafisch overzicht van de trainingsinformatie (fig. 36). De horizontale as geeft
de afstand of de tijd weer. Je kunt bepalen welke gegevens je in de grafiek wilt zien door het
aanvinken van SNELHEID, VERMOGEN, CADANS en HARTSLAG. De onder- en bovengrens
van de hartslag wordt aangegeven met een horizontale onderbroken lijn. Het staafdiagram in
de achtergrond geeft weer hoe het trainingsprogramma is opgebouwd. Zichtbaar zijn de aantal
ingestelde routes, de eenheden en de waarden. Onderaan vind je info over de renner en de score.
Kalender Opent de maand die is geselecteerd. Rode cijfers geven aan dat er op die dag
trainingsinformatie in de PC aanwezig is. Op de dagen waarop geen informatie
is opgeslagen zijn de cijfers zwart. In de twee scrolvensters linksboven selec-
teer je MAAND en JAAR. Klik op de knop VANDAAG om terug te keren naar
de huidige dag.
< > Snel voor- of achteruit bladeren door de dagen waarop scores aanwezig zijn.
Dagen zonder registraties worden overgeslagen. De pijltjestoetsen van je PC
hebben dezelfde functie.
Laatste rit In de keuzelijst kom je op de laatst gereden rit.
Zoek Opent een zoekvenster. Met de knop DATUMBEREIK selecteer je de begin-
en einddatum. Bepaal de rangschikking van de ritten. Kies uit naam, program-
matype, datum, tijdsduur, afstand en finishtijd. Na dubbelklikken op de geselec-
teerde rit keer je terug in het dagrapport.
Aantekeningen
Bij iedere rit kun je persoonlijke notities ingetypen. Het maximaal aantal karakters is 255.
Kies bij GEVOEL uit vijf verschillende gevoelstoestanden of omschrijf het in 20 karakters in je
eigen woorden. Bij TEMPERATUUR vul je het aantal graden Celcius of Fahrenheit in van de
ruimte waarin je hebt getraind.
Trainingsinformatie
Rechts in het dagrapport verschijnt een beknopte samenvatting van de trainingsinformatie die
behoort bij de geselecteerde rit. Het betreft ID gegevens, snelheid, vermogen, cadans, hartslag.
36