Operation Manual
16
Controle bougie
Controle luchtfilter
Procedure voor het schoonmaken van het filter:
1.Maak het filter schoon 2.Wring het uit.
3.Weken in filterolie. 4. Wring het uit.
MONTAGE VAN HET LUCHTFILTER
Monteer het filter in omgekeerde volgorde van demontage.
LET OP:
Vuil is de meest voorkomende oorzaak van het verlies van vermogen en een verhoogd brandstofverbruik.
Wanneer de scooter veel met zand en modder in aanraking komt, pas dan de onderhouds intervallen aan op deze
omstandigheden.
Wanneer het luchtfilter of het luchtfilter element niet op de juiste wijze is gemonteerd zal dit extra motorslijtage of
vastlopen tot gevolg hebben.
Spuit niet direct op het luchtfilter als u de scooter afspuit.
0.6~0.7mm
Verwijder de bougiedop. Verwijder de bougie met het meegeleverde
boordgereedschap.
Controleer de bougie op koolstofafzetting.
Verwijder de koolstof met een staalborsteltje, schuurpapier of een doek.
Controleer de afstand tot de electrode, deze moet tussen de 06~0.7 mm zijn. Gebruik
hierbij een voelermaat.
Draai de bougie met de hand terug en draai deze 180 graden aan met een sleutel.
LET OP: Na het lopen is de motor erg warm. Houd daar rekening mee, brandt u niet.
※ Gebruik altijd een bougie van het originele type. (Bougietype is terug te vinden bij de
specificaties.)
DEMONTAGE PROCEDURE
1. Verwijder de schroef van het luchtfilterdeksel.
2. Verwijder het deksel en het luchtfilter.
3. Reinig of vervang het filter.
(Zie het onderhoudsschema voor de controle interval.)
4. De figuren rechts laten de juiste onderhouds procedure zien
voor het onderhoud aan het luchtfilter element.










