User manual
• Raadpleeg een expert wanneer u twijfelt over het juiste gebruik, de veiligheid of
het aansluiten van het apparaat.
• Laat onderhoud, aanpassingen en reparaties alleen uitvoeren door een vakman of
in een daartoe bevoegde werkplaats.
• Als u nog vragen hebt die niet in deze gebruiksaanwijzing zijn beantwoord, neem
dan contact op met onze technische klantendienst of andere vaklieden.
Bedieningsonderdelen
1
9
2
8
3
7
4
6
5
1 Filter
2 Beeldscherm
3 Bedieningspaneel
4 Draaggreep
5 Luchtuitlaat
6 Watertank
7 Elektrisch snoer met netstekker
8 Loopwiel
9 Frontpaneel
Bedieningspaneel
SWINGW.F TIMER SETTINGS H L POWER
Toets / LED Functie
W.F Waarschuwing als de watertank vol is
SWING Draaien van de luchtuitlaat
TIMER Programmeren van de in- of uitschakeltijd
SETTINGS Instelling van de gewenste luchtvochtigheid
H L Instelling van de ventilatorsnelheid
POWER Aan-/uitschakelaar
Installatie
• Plaats het product uitsluiten op een horizontaal, vlak, stabiel oppervlak.
• Zorg aan alle kanten voor een minimale afstand van 20 cm tot muren, meubels, etc.
Ingebruikname
a) Aansluiting
Steek de netstekker in een in het huishouden gewoon stopcontact. Het product laat een
pieptoon horen. De groene POWER-LED brandt continu. Het product staat zich dan in de
standby-modus.
b) Aan-/uitschakelen
Druk op toets POWER om het product aan of uit te zetten. Als het product aan is gezet,
wordt op het scherm de actuele luchtvochtigheid getoond. Daarnaast gaat één van de twee
ventilator-LED's (H of L) branden.
c) Ventilatorsnelheid instellen
Druk op de toets met het ventilatorsymbool om één van de twee standen te kiezen. De
bijbehorende LED brandt dan continu.
• H = hoog
• L = laag
d) Luchtvochtigheid instellen
Druk op toets SETTINGS om de gewenste luchtvochtigheid in stappen van 5 procent in te
stellen in een bereik van 40 tot 80 %. De bij de toets behorende LED licht even op. Op het
beeldscherm verschijnt kort de ingestelde waarde. Daarna wordt weer de luchtvochtigheid van
dat moment in de ruimte getoond.
e) Timer
Inschakeltijd programmeren
• Voor deze functie moet het product uit zijn geschakeld (standby-modus).
• Druk op toets TIMER om de gewenste tijd in stappen van 1 uur voor een periode van 1 tot
24 uur in te stellen. De bij de toets behorende LED brandt dan continu. Op het beeldscherm
verschijnt de ingestelde waarde.
• Als u bijvoorbeeld de waarde 10 instelt, schakelt het product zich na 10 uur automatisch in.
• Om de automatische inschakelfunctie te deactiveren, moet u het product of handmatig
aanzetten of de timer op een waarde 00 instellen.
Uitschakeltijd programmeren
• Voor deze functie moet het product aangezet zijn.
• Druk op toets TIMER om de gewenste tijd in stappen van 1 uur voor een periode van 1 tot
24 uur in te stellen. De bij de toets behorende LED brandt dan continu. Op het beeldscherm
verschijnt de ingestelde waarde.
• Als u bijvoorbeeld de waarde 10 instelt, schakelt het product zich na 10 uur automatisch uit.
• Om de automatische uitschakelfunctie te deactiveren, moet u het product of handmatig
uitzetten of de timer op een waarde 00 instellen.
De geprogrammeerde tijd wordt opgeslagen als gebruik door de automatische
ontdooifunctie onderbroken wordt.
f) Draaien van de luchtuitlaat
• Druk op toets SWING om de luchtuitlaat naar boven of naar beneden te draaien. De bij de
toets behorende LED brandt dan continu.
• Druk opnieuw op de toets om deze functie te deactiveren. De LED dooft.
Beeldscherm
• Indien de actuele luchtvochtigheid van de omgeving lager is dan 35 %, verschijnt op het
beeldscherm 35.
• Indien de actuele luchtvochtigheid van de omgeving hoger is dan 95 %, verschijnt op het
beeldscherm 95.
Watertank legen
• Zodra de watertank vol is, gaat de rode W.F LED branden. Daarnaast piept het apparaat
15 maal.
• Schakel het product uit en trek de stekker uit het stopcontact.
• Trek de watertank volledig uit het apparaat.
• Leeg de watertank.
• Plaats de watertank weer terug.
Let erop dat de vlotter (overstroombeveiligingsmechanisme) correct links achterin
de watertank is aangebracht. Anders bestaat de kans dat de tank overloopt.
Als de tank niet correct geïnstalleerd is, brandt verder ook de rode W.F LED en
werkt het product niet.
Continue waterafvoer
Hiervoor heeft u een apart verkrijgbare afvoerslang met een binnendiameter van
10 mm en een buitendiameter van 13 mm nodig.
• Schakel het product uit en trek de stekker uit het stopcontact.
• Trek de watertank volledig uit het apparaat.
• Verwijder de rode stop rechts bovenin de watertank. Gebruik daarvoor een geschikt werktuig
(bijv. een cutter, mes).
• Trek de slang door de opening.
• Steek de slang in de zwarte aoopsteun binnenin het product. Maak de slang indien nodig
goed vast met een daarvoor geschikte klem.
• Plaats het andere uiteinde van de slang zo dat het water weg kan stromen (bijv. buiten of in
een wegstroomopening in de voet). Het water moet naar beneden wegstromen.
• Plaats de watertank weer terug.
Koolstoflter plaatsen
• Zet het product uit.
• Klap het frontpaneel voorzichtig open.
• Verwijder het luchtlterframe van de achterkant van het frontpaneel.
• Leg het koolstoflter op de achterkant van het frontpaneel (de naar de compressor
toegekeerde kant).
• Plaats het luchtlterframe met het koolstoflter weer terug. Let er daarbij op dat het
koolstoflter door de geleidingsstrips op zijn plaats gehouden wordt.
• Klap het frontpaneel weer dicht.
Het koolstoflter moet na ongeveer 1 - 2 jaar vervangen worden.