Operation Manual

44
20BA311410/A0_nl
INSTELLEN VAN DE TELEFOONBEANTWOORDER
WERKINGSSTANDEN
De telefoonbeantwoorder kan in twee stan-
den werken:
Gespreksopname:
begroetingstekst A wordt afgespeeld en de
oproeper kan een bericht inspreken. Als het
geheugen vol is, schakelt de telefoon-
beantwoorder automatisch uit. De lengte van
de binnenkomende berichten kan al dan niet
worden begrensd tot 60/120/180 seconden.
Voor deze werkingsstand kiest u begroetings-
tekst A.
Oproepindicatie:
de oproeper kan geen bericht inspreken,
begroetingstekst B wordt enkel afgespeeld ter
"indicatie". Voor deze werkingsstand kiest u
begroetingstekst B.
De werkingsstand wordt telkens gekozen bij
het inschakelen van de telefoonbeantwoorder
(zie p. 47/51).
INSTELLEN VAN BERICHTEN
Begrenzing van berichten tot 60
seconden
Handset is in de aan-toestand
1.
‚‚
2.
741
3.
‚
Er klinkt een bevestigingstoon.
Begrenzing van berichten tot 120
seconden (standaard bij levering)
Handset is in de aan-toestand
1.
‚‚
2.
742
3.
‚
Er klinkt een bevestigingstoon.
Begrenzing van berichten tot 180
seconden
Handset is in de aan-toestand
1.
‚‚
2.
743
3.
‚
Er klinkt een bevestigingstoon.
Geen begrenzing van berichten
Handset is in de aan-toestand
1.
‚‚
2.
744
3.
‚
Er klinkt een bevestigingstoon.