Operation Manual
5.8.4. Bergmeerduiken
De duikcomputer kan worden ingesteld voor bergmeerduiken. Deze functie kan ook
worden gebruikt om het decompressiemodel behoudender te maken.
Bij het programmeren van de juiste hoogte, dient u de juiste instelling voor Altitude
Adjustment te selecteren aan de hand van Tabel 5.4, “Hoogte-instellingen”. De
duikcomputer past dan het decompressiemodel aan de ingevoerde hoogte aan,
waardoor de nultijden op grotere hoogten korter worden.
Voor meer informatie zie Paragraaf 10.2.3, “Bergmeerduiken”.
Tabel 5.4. Hoogte-instellingen
HoogtebereikBergmeerprogramma
0 - 300 meterA0
300 - 1.500 meterA1
1500 - 3000 meterA2
OPMERKING
In Paragraaf 5.7.4, “Hoogte en persoonlijke correctiefactor
aanpassen” staat beschreven hoe u een ander
bergmeerprogramma kunt kiezen.
53