Operation Manual
NEDERLANDS
79
R-Net Rev.5.0
20.2 IR-code Gebruikersmenu
Toegang tot de IR-bedieningsmodus is op de normale manier
via Modusselectie, d.w.z. het indrukken van de Modusknop of
opdracht van het R-net systeem.
De IR-bedieningsmodus is alleen beschikbaar als er IR-codes
zijn opgeslagen in de CJSM2.
Er zijn twee manieren om IR-codes op te slaan in de CJSM2:
1. Codes kopiëren van IR handsets, (bv. afstandsbediening
van de tv).
2. Programmeren met een IR-configuratiegereedschap op
een pc (neem contact op met uw erkende Sunrise Medical
vertegenwoordiger).
3. IR-modus invoeren om toegang te krijgen tot de lijst van
beschikbare IR-toepassingen, (Fig. 20.2).
Navigeer in het Gebruikersmenu als hieronder aangeduid,
(Fig. 20.3 tot 20.4).
i. De joystick naar voren bewegen zal de bovenstaande
toepassing markeren.
ii. De joystick naar achter bewegen zal de onderstaande
toepassing markeren.
iii. De joystick naar links of naar rechts duwen zal het
submenu van de gemarkeerde toepassing tonen dat alle
IR-opdrachten voor die toepassing geeft.
iv. De joystick naar links of naar rechts duwen zal de
gemarkeerde IR-opdracht activeren.
Voor elke toepassing is er een lijst met toepasselijke
IR-opdrachten: Als bijvoorbeeld tv geselecteerd is worden
opdrachten als:
TV-AAN, TV-UIT, Kanaal omhoog, Kanaal omlaag, Volume
omhoog en Volume omlaag weergegeven.
Wanneer de CJSM2 de gekozen opdracht verzendt, dan wordt
deze gemarkeerd met een rode achtergrond.
OPMERKING:
• Als de IR-modus niet beschikbaar is en er opgeslagen
IR-codes zijn, raadpleeg dan uw erkende Sunrise Medical
vertegenwoordiger.
• De CJSM2 bevat een standaardmenu. Indien gewenst,
kan de IR configuratie applicatie worden gebruikt om dit
standaard menu te veranderen. Raadpleeg uw erkende
Sunrise Medical vertegenwoordiger.
20.3 IR Instellingenmenu
Als u jet IR-instellingenmenu opent worden de standaard
toepassingen weergegeven, (Fig. 20.2).
Door een toepassing te selecteren worden de opdrachten
weergegeven, (Fig. 20.3).
Als een opdracht gemarkeerd is betekent dit dat er een
IR-code voor is opgeslagen, (Fig. 20.5).
Als de opdracht niet gemarkeerd is, dan is er geen IR-code
opgeslagen voor die opdracht.
IR-codes kunnen worden opgeslagen of gewist als
uiteengezet in de volgende onderdelen.
Fig. 20.2
Fig. 20.3
Fig. 20.4
Fig. 20.5










