Operation Manual

NEDERLANDS
49
R-Net Rev.5.0
15.15 Vergrendelen van de joystickmodule (Fig. 15.12
- 15.15)
Vergrendelen van de rolstoel:
Hiervoor is een reeks bewegingen van de joystick nodig, of,
wanneer de SID een schakelaar is, drukken op de knop.
Druk op de Aan/Uit knop op de Omni of SID en houdt deze
vast, terwijl het bedieningssysteem aan is.
Na 1 seconde geeft het bedieningssysteem een pieptoon en
het scherm wordt blanco (Fig. 15.13). Laat nu de Aan/Uitknop
los
Duw de SID joystick voorwaarts, of druk op de voorwaartse
knop op de SID, totdat het bedieningssysteem een
geluidssignaal geeft.
Duw de SID joystick achterwaarts, of druk op de
achterwaartse knop op de SID, totdat het bedieningssysteem
een geluidssignaal geeft.
Wanneer u de joystick loslaat, hoort u een lange pieptoon.
De rolstoel is nu vergrendeld
Bij de volgende keer dat het controlesysteem wordt
aangezet, wordt het volgende symbool weergegeven (Fig.
15.14).
Als er ook een LED joystick module is gemonteerd, lichten
de controlelampjes van de snelheidsmeter op van links naar
rechts.
Ontgrendelen van de rolstoel:
Als het bedieningssysteem uitgeschakeld is, drukt u op de
Aan/Uit knop van de Omni of SID. Het symbool 'Vergrendeld'
wordt weergegeven (Fig. 15.14).
Duw de SID joystick voorwaarts, of druk op de voorwaartse
knop op de SID, totdat het bedieningssysteem een
geluidssignaal geeft.
Duw de SID joystick achterwaarts, of druk op de
achterwaartse knop op de SID, totdat het bedieningssysteem
een geluidssignaal geeft.
Laat nu de joystick/knop los; er klinkt een lange 'piep' en het
scherm wordt verlicht (Fig. 15.15).
De rolstoel is nu ontgrendeld.
WAARSCHUWING:
Indien gebruik wordt gemaakt van een enkele schakelaar
scanner, is het niet mogelijk het bedieningssysteem te
vergrendelen door de reeksmethode te gebruiken.
.
Fig. 15.15
Fig. 15.14
Fig. 15.13
Fig. 15.12
Binnen proel
Binnen proel