Operation Manual

NEDERLANDS
38
R-Net Rev.5.0
13.10 Drie-as schakelaar en gebruikersschakelaar
(Fig. 13.6)
Hiertoe behoren bijvoorbeeld hoofdbedieningsmechanismes.
Dit apparaat bevat 3- of 4-richting schakelaars en één
gebruikersschakelaar verbonden met de Omni via de 9-pins
D-type aansluiting. Aanvullend moet een “normally-closed”
gebruikersschakelaar worden verbonden via het 3,5 mm /1/8”
jack contact. Deze schakelaar, hoewel qua functie identiek
aan de schakelaar invoer op de 9-pins D-type aansluiting, is
nodig om een optimaal functionerend noodstopsysteem te
verschaffen.
13.11 Blaas-zuig bediening & Gebruikersschakelaar,
(Fig. 13.6)
Een blaas-zuig mondstuk is verbonden met de Omni via
de door lucht aangedreven invoer. Aanvullend moet een
gebruikersschakelaar worden verbonden met de Omni via het
3,5 mm /1/8” jack contact. Deze schakelaar is nodig om een
optimaal noodstopsysteem te verschaffen.
Fig. 13.5
Fig. 13.6
13.12 Blaas-zuig kalibratie (Fig. 13.7)
Indien een nieuwe blaas-zuig bediening wordt gemonteerd, of
een herkalibratie nodig is, voert uw medische zorgverlener of
dealer de volgende kalibratieprocedure uit, om de Omni aan te
passen aan uw functionele vermogen.
Het onderstaande scherm verschijnt (Fig. 13.7).
Zacht zuigen
'Zacht zuigen' licht eerst op. Nu moet u een aantal keer
zacht zuigen. Na iedere keer zuigen, wordt de huidige druk
weergegeven op het scherm, op een lijn met een schaal van
0 tot 100. Door een aantal keer 'zacht' te zuigen, ontstaat een
bandbreedte van waardes. Tijdens deze procedure is het beter
dat u niet naar het scherm kijkt. Hierdoor wordt voorkomen dat
er 'foute' waardes ontstaan, omdat u wellicht probeert eerdere
waardes te herhalen. Wanneer u denkt dat u consequent
zacht kunt zuigen binnen de bandbreedte, slaat uw medische
zorgverlener of dealer deze reeks waardes op. Hierna volgt
dezelfde procedure voor 'Hard zuigen'.
Fig. 13.7
Zuigen
Zacht Hard
Zacht Hard
Blazen
“Deadband”
Hard zuigen
Nu moet u een aantal keer 'hard zuigen' om zo een
bandbreedte voor de waardes voor 'hard zuigen' te creëren.
Het beste resultaat wordt bereikt als er een zo groot mogelijk
verschil is tussen de waardes 'zacht zuigen' en 'hard
zuigen'. Om het onderscheidend vermogen van de Omni te
ondersteunen, dient uw medische zorgverlener of dealer de
'Drempelwaarde markering' (weergegeven in Fig. 13.8 op
de andere pagina) in te stellen in het midden van de afstand
tussen het hardste zachte commando en het zachtste harde
commando. Nadat een geschikte drempelwaarde is ingesteld,
slaat de medische zorgverlener of dealer deze waarde op en
laat vervolgens 'Zacht blazen' oplichten.