Instruction Manual

Table Of Contents
18 Storingen opheffen
18.1 Storingen in de kettingzaag of de accu opheffen
Storing Leds op de
accu
Oorzaak Oplossing
De kettingzaag
loopt bij het
inschakelen niet
aan.
1 led knippert
groen.
De laadtoestand van
de accu is te laag.
De accu volledig laden, zoals in de
gebruiksaanwijzing van de acculader
STIHL AL 101, 300, 500 staat beschre‐
ven.
1 led brandt
rood.
De accu is te warm of
te koud.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen.
Laat de accu afkoelen of opwarmen.
3 leds knippe‐
ren rood.
In de kettingzaag zit
een storing.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen.
Elektrische contacten in de accuschacht
reinigen.
De accu plaatsen.
Kettingrem lossen.
Kettingzaag inschakelen.
Als er nog steeds 3 leds rood knipperen:
de kettingzaag niet gebruiken en contact
opnemen met een STIHL dealer.
3 leds branden
rood.
De kettingzaag is te
warm.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen.
De kettingzaag laten afkoelen.
4 leds knippe‐
ren rood.
In de accu bevindt
zich een storing.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen en opnieuw aanbrengen.
Kettingrem lossen.
Kettingzaag inschakelen.
Als er nog steeds 4 leds rood knipperen:
de accu niet gebruiken en contact opne‐
men met een STIHL dealer.
De elektrische aans‐
luiting tussen de ket‐
tingzaag en de accu is
onderbroken.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen.
Elektrische contacten in de accuschacht
reinigen.
De accu plaatsen.
De kettingzaag of de
accu zijn vochtig.
De kettingzaag of accu laten drogen.
De kettingzaag
schakelt tijdens
het gebruik uit.
3 leds branden
rood.
De kettingzaag is te
warm.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen.
De kettingzaag laten afkoelen.
Er is sprake van een
elektrische storing.
Kettingrem inschakelen en accu eruit
nemen en opnieuw aanbrengen.
Kettingzaag inschakelen.
De werktijd van
de kettingzaag is
te kort.
De accu is niet volle‐
dig geladen.
De accu volledig laden, zoals in de
gebruiksaanwijzing van de acculader
STIHL AL 101, 300, 500 staat beschre‐
ven.
De levensduur van de
accu is overschreden.
Vervang de accu.
Bij het zaagge‐
bied wordt rook
gevormd of is
een brandlucht
aanwezig.
De zaagketting is niet
correct aangescherpt/
geslepen.
Zaagketting correct aanscherpen/slijpen.
In de olietank zit te
weinig zaagkettingo‐
lie.
Zaagkettingolie bijvullen.
18 Storingen opheffen Nederlands
0458-795-9621-B 139