Operation Manual
MS 311, MS 391
Nederlands
127
Carburateur voorverwarmen
Bij temperaturen lager dan +10 °C
N Schuif (1) uit de stand s
(zomerstand) trekken
N De schuif in de stand r
(winterstand) plaatsen – r naar
boven gericht
N De kap weer aanbrengen en de
bouten vast aandraaien
Rondom de carburateur stroomt nu
warme lucht afkomstig van rondom de
cilinder – geen ijsvorming in de
carburateur.
Bij temperaturen boven +20 °C
N Schuif beslist weer in de stand s
(zomerstand) draaien – omdat
anders de kans op motorstoringen
door oververhitting bestaat
Bij temperaturen lager dan -10 °C
Bij extreem winterse omstandigheden
(temperaturen beneden -10 °C, poeder-
of stuifsneeuw) adviseren wij het gebruik
van de aanbouwset 'afdekplaat'
(speciaal toebehoren).
Bij onregelmatig stationair toerental of
slecht opnemen
N Stelschroef stationair toerental (L)
1/4 slag linksom draaien
Na elke correctie van de stand van de
stelschroef stationair toerental (L) moet
meestal ook de stand van de
aanslagschroef stationair toerental (LA)
worden gewijzigd, zie "Carburateur
afstellen".
N Bij een sterk afgekoelde motorzaag
(rijpvorming) na het starten de
motor met een verhoogd stationair
toerental (kettingrem gelost!) op
bedrijfstemperatuur laten komen
Afdekplaat
De afdekplaat (speciaal toebehoren)
voorkomt het binnendringen van
poeder- of stuifsneeuw.
Bij gebruik van de afdekplaat moet de
schuif in de winterstand staan.
Bij motorstoringen eerst controleren of
het gebruik van de afdekplaat nodig is.
Afdekplaat monteren
N Afdekplaat (1) met de lippen (pijlen)
aanbrengen en met behulp van de
bouten (2) bevestigen
1
0001BA002 KN
0001BA003 KN
2
4903BA004 KN
2
1










