Operation Manual

MS 261, MS 261 C
Nederlands
137
Carburateur voorverwarmen
N Kap wegnemen – zie "Kap"
Bij temperaturen beneden +10 °C
N Met behulp van de combisleutel of
een schroevendraaier, de schuif
vanuit de stand s (zomerstand)
loswippen
N De schuif met de opening naar de
motorzaag gericht aanbrengen
(winterstand) de pijl is gericht naar
het symbool r – de schuif moet
hoorbaar vastklikken
In de winterstand is de punt van de
pijl (1) zichtbaar.
N Kap monteren – zie "Kap"
Rondom de carburateur stroomt nu
warme lucht die van de cilinder komt –
geen ijsvorming in de carburateur.
Bij temperaturen boven +20 °C
N Schuif beslist weer in de stand s
(zomerstand) draaien – omdat
anders de kans op motorstoringen
door oververhitting bestaat
Bij temperaturen lager dan -10 °C
Bij extreem winterse omstandigheden
(temperaturen beneden -10 °C, poeder-
of stuifsneeuw) adviseren wij het gebruik
van de aanbouwset 'afdekplaat'
(speciaal toebehoren).
Bij onregelmatig stationair toerental of
slecht opnemen
N Stelschroef stationair toerental (L)
1/4 slag linksom draaien
Na elke correctie van de stand van de
stelschroef stationair toerental (L) moet
meestal ook de stand van de
aanslagschroef stationair toerental (LA)
worden gewijzigd, zie "Carburateur
afstellen".
N Bij een sterk afgekoelde motorzaag
(rijpvorming) na het starten de
motor met een verhoogd stationair
toerental (kettingrem gelost!) op
bedrijfstemperatuur laten komen
Afdekplaat
De afdekplaat (speciaal toebehoren)
voorkomt het binnendringen van
poeder- of stuifsneeuw.
Bij gebruik van de afdekplaat moet de
schuif in de winterstand staan.
Bij motorstoringen eerst controleren of
het gebruik van de afdekplaat nodig is.
Afdekplaat monteren
N Afdekplaat (1) met de lippen (pijlen)
aanbrengen en met behulp van de
bouten (2) bevestigen
Gebruik in de winter
5902BA002 KN
5902BA003 KN
1