Operation Manual
MS 210, MS 210 C, MS 230, MS 230 C, MS 250, MS 250 C
Nederlands
130
Voor het naspannen tijdens het werk:
N Motor afzetten
N De beugel van de vleugelmoer
uitklappen en de vleugelmoer
losdraaien
N Spanwiel (1) tot aan de aanslag
rechtsom draaien
N De vleugelmoer (2) handvast
draaien
N De beugel van de vleugelmoer
inklappen
N Verder: zie "Zaagkettingspanning
controleren"
Een nieuwe zaagketting moet vaker
worden nagespannen dan een die reeds
langer meedraait.
N Kettingspanning vaker controleren
– zie "Gebruiksvoorschriften"!
N Motor afzetten
N Veiligheidshandschoenen
aantrekken
N De zaagketting moet tegen de
onderzijde van de zaagbladgroef
liggen – en moet bij een geloste
kettingrem met de hand over het
zaagblad kunnen worden getrokken
N Indien nodig, zaagketting
naspannen
Een nieuwe zaagketting moet vaker
worden nagespannen dan een die reeds
langer meedraait.
N Kettingspanning vaker controleren
– zie "Gebruiksvoorschriften"!
De motor draait op een
brandstofmengsel van benzine en
motorolie.
STIHL MotoMix
STIHL adviseert het gebruik van STIHL
MotoMix. Dit kant-en-klare
brandstofmengsel bevat geen benzol, is
loodvrij, kenmerkt zich door een hoog
octaangetal en biedt altijd de juiste
mengverhouding.
STIHL MotoMix is afgestemd op STIHL
motoren en garandeert een lange
levensduur van de motor.
MotoMix is niet in alle exportlanden
leverbaar.
Brandstof mengen
Benzine
Alleen benzine van een
gerenommeerd merk met een
octaangetal van minimaal 90 RON
tanken – loodvrij of loodhoudend.
Zaagketting spannen
(kettingsnelspanner)
1
2
001BA112 KN
Zaagkettingspanning
controleren
143BA007 KN
Brandstof
Direct huidcontact met benzine en
het inademen van
benzinedampen voorkomen.
Brandstoffen die niet geschikt zijn
of met een afwijkende
mengverhouding kunnen leiden
tot ernstige schade aan de motor.
Benzine of motorolie van een
mindere kwaliteit kunnen de
motor, keerringen, leidingen en
benzinetank beschadigen.










