Operation Manual
FS 460 C-M, FS 460 C-M L
Nederlands
120
Afhankelijk van het gemonteerde
snijgarnituur wordt het apparaat op
verschillende manieren
uitgebalanceerd.
N Het aan het draagstel hangende
motorapparaat laten uitpendelen –
ophangpunt indien nodig wijzigen
Pendelstanden
Maaikoppen, grassnijbladen,
slagmessen en hakselmessen moeten
net de grond raken.
Cirkelzaagbladen moeten ca. 20 cm
boven de grond "zweven".
Snel afdoen
Bij naderend gevaar moet het apparaat
snel op de grond kunnen worden
geplaatst. Het snel neerleggen van het
apparaat oefenen. Tijdens het oefenen
het apparaat niet op de grond gooien,
om beschadigingen te voorkomen.
Bedieningselementen
1 Gashendelblokkering
2 Gashendel
3 Stopschakelaar – met de werkstand
en stopstand. Voor het uitschakelen
van het contact moet de
stopschakelaar (h) worden
ingedrukt.
Werking van de stopschakelaar en het
contact
De niet-ingedrukte stopschakelaar staat
in de werkstand: het contact is
ingeschakeld – de motor is startklaar en
kan worden gestart. Als de
stopschakelaar wordt bediend, wordt
Apparaat uitbalanceren
6BA009 KN
6BA010 KN
Motor starten/afzetten
1
002BA392 KN
2
3