Operation Manual
FG 2
Nederlands
80
Zaagtandrij aanscherpen
N Met de voor de richttand gekozen
instelling alle zaagtanden van deze
tandrij aanscherpen
N Vijlframe naar boven klappen
N Spanarm loszetten
N De zaagketting tot aan de
eerstvolgende tand van deze tandrij
doortrekken – de tand tegen de
aanslag schuiven
Erop letten dat de aanslag (3) steeds
precies tegen de tandrug van de aan te
scherpen tand ligt.
N Spanarm dichtdrukken
N Vijlframe naar beneden kantelen
N Tand aanscherpen
N Procedure herhalen tot alle tanden
van één tandrij zijn aangescherpt
Tweede tandrij aanscherpen
Als alle tanden van de eerste tandrij zijn
aangescherpt, moet de vijlbok voor de
andere tandrij worden omgezet.
Instellingen worden uitgevoerd zoals
beschreven onder "Instellingen".
N Vijlframe naar boven klappen
N Kartelmoer (1) losdraaien
N De geleider in zijn geheel uit de
vertanding tillen – op de identieke
hoekmarkering voor de andere zijde
draaien
N Kartelmoer vastdraaien
N Vijlbok 180° verdraaien – zie
"Instellen"
N Vijl omzetten
N Vijlframe naar beneden kantelen
N Ronde vijl naar beneden tussen de
tandborst en de dieptebegrenzer
van de eerste tand van de tweede
tandrij plaatsen
N De eerste tand van de tweede
tandrij aanscherpen
N Tandlengte (A) meten
Als de tandlengte afwijkt van de lengte
van de richttand:
N Aanslag (3) naar voren of naar
achteren plaatsen en opnieuw
aanscherpen
N Tandlengte (A) controleren
N Zo nodig de procedure herhalen, tot
er geen afwijking meer bestaat
N Alle tanden van de tweede tandrij
met deze instelling aanscherpen
564BA014 KN
3
1
564BA006 KN
564BA007 KN
564BA015 KN
564BA016 KN
A
564BA023 KN
3










