Operation Manual

6
NL
2 Display en bediening
2.1 Functies stuurbediening
C
B
A
A. In- en uitschakelen ondersteuning
Gebruik voor het in- en uitschakelen van de ondersteuning de modeknop. U
kunt de ondersteuning op ieder moment in- en uitschakelen, ook tijdens het
etsen. Druk voor het inschakelen één seconde op de modeknop. Druk voor
het uitschakelen drie seconden op de modeknop.
B. Wijzigen ondersteuningsniveau
Met behulp van de en knoppen (bedieningsunit) kunt u de mate van
ondersteuning instellen. Er zijn vijf ondersteuningsniveaus.
U kunt met behulp van de en knoppen altijd aangeven of u meer
of minder ondersteuning wenst. Na inschakelen staat de ondersteuning
ingesteld op het eerste niveau.
C. Verlichting
Door de knop 3 seconden ingedrukt te houden kunt u wisselen tussen
verlichting aan, verlichting uit en verlichting automatisch. Kiest u voor
verlichting automatisch, dan schakelt de etsverlichting automatisch aan en
uit. Een lichtsensor meet voortdurend de hoeveelheid licht en schakelt aan
de hand daarvan de verlichting aan en uit. De gemaakte keuze verschijnt
links onder in beeld.