Operation Manual

86
HDR-HC1E 2-631-478-81(1)
Scherpstelling functioneert niet.
U kunt de scherpstelling niet gebruiken tijdens [SHOT TRANS].
STEADYSHOT
Stel [STEADYSHOT] in op [AAN] (p. 46).
[STEADYSHOT] werkt niet tijdens [SHOT TRANS] (p. 52).
De functie BACK LIGHT functioneert niet.
De functie BACK LIGHT wordt geannuleerd als u [SPOTMETER] selecteert (p. 42).
U kunt de functie BACK LIGHT niet gebruiken als de belichting niet automatisch wordt
ingesteld.
[DIGITAL ZOOM] functioneert niet.
U kunt [DIGITAL ZOOM] niet gebruiken met:
TELEMACRO
Als de instelling wordt opgeslagen in [SHOT TRANS].
Er verschijnen kleine witte, rode, blauwe of groene stippen op het scherm.
De stippen verschijnen wanneer u opneemt in [SUPER NS] of [COLOR SLOW S]. Dit duidt
niet op een storing.
De onderwerpen in het frame kunnen er misvormd uitzien.
Dit wordt het brandvlakeffect genoemd. Dit duidt niet op een storing. Vanwege de manier
waarop de beeldsensor (CMOS-sensor) de beeldsignalen leest, kunnen de beelden in het
frame er afhankelijk van de opnamecondities snel misvormd uitzien.
De kleur van het beeld wordt niet correct weergegeven.
Schakel de functie NightShot uit (p. 24).
Het beeld is te donker op het scherm en het onderwerp wordt niet weergegeven.
De achtergrondverlichting van het LCD-scherm is uitgeschakeld. Houd DISPLAY/BATT
INFO enkele seconden ingedrukt om de achtergrondverlichting in te schakelen (p. 16).
Het beeld ziet er helder uit, er verschijnen horizontale strepen in beeld of de
kleuren veranderen.
Dit probleem treedt op als u beelden opneemt onder een tl-buis, natriumlamp of kwiklamp.
Dit duidt niet op een storing. Annuleer [BELICHT.PROG] (p.42) om de symptomen te
verminderen.
Er verschijnen zwarte strepen als u een televisiescherm of computerscherm
opneemt.
Stel [STEADYSHOT] in op [UIT] (p. 46).
Problemen oplossen (Vervolg)