User manual
Gebruik
177
NL
Warming functie
De Warming functie activeren nadat de
kookplaat is geactiveerd:
1. Selecteer een bereidingszone.
2. Druk op de toets om de functie te
activeren; op het display van de
geselecteerde bereidingszone wordt het
symbool weergegeven.
De Warming functie deactiveren:
1. Selecteer de bereidingszone met de
actieve functie.
2. Druk op de toets .
3.5 Auto-Vent 2.0-functie
De functie Auto-Vent 2.0 is standaard
uitgeschakeld, maar kan via het
gebruikersmenu worden ingesteld. Eenmaal
ingeschakeld zal de toets altijd zacht
blijven branden.
Deze functie beschikt over een
automatische en een handmatige modus:
• De automatische modus, standaard
actief, past de zuigsnelheid van de
afzuigkap aan het totale vermogen van
het toestel aan (zie „Gebruikersmenu“ -
optie U8)
• In de handmatige modus kan de
zuigsnelheid worden aangepast door
op de knop te drukken.
Om de handmatige modus in te stellen na
het inschakelen van de kookplaat:
1. Druk op de toets, die vervolgens vol
oplicht.
2. Bij het opnieuw indrukken wordt de
snelheid van de kap verhoogd, volgens
een cyclische reeks met 5 instelniveaus,
van 0 (uit) tot 4 (maximumsnelheid).
Om terug te keren naar de automatische
modus, moet het toestel opnieuw worden
uit- en aangezet.
Met deze functie kunt u al bereide
gerechten warmhouden of het
water aan de kook houden.
• Met deze functie kunt u de
snelheid van een afzuigkap
regelen via een draadloze
verbinding.
• De afzuigkap moet wel voor de
Auto-Vent 2.0-functie geschikt
zijn.
• De verbinding is altijd
unidirectioneel, van de
kookplaat naar de kap: het is
niet mogelijk de kookplaat via
de kap te bedienen.
Raadpleeg altijd de handleiding
van de kap voor nadere
informatie.