User manual

INSTALLATIE - 129914779706/B
n
daaronder (B) te worden gehanhaafd.
Voor de installateur
Instructies voor de elektrische aansluiting
Indien de aansluiting via een stekker
geschiedt (indien aanwezig), dient deze te
allen tijde na de installatie toegankelijk zijn.
Zorg ervoor dat de voedingskabel niet
verbogen of bekneld raakt.
Gebruik flexibele en hittebstendige kabels
(bijvoorbeeld SiHF-J).
Breng kabelschoenen aanop de
kabeluiteinden, alvorens deze op de
inductiegenerator aan te sluiten.
Houd de kabels zo kort mogelijk aan de
binnenzijde van de verdeeldoos (waar
aanwezig).
De kabels die met kabelklemmen bij elkaar
worden gehouden, dienen zo lang mogelijk
te worden gehouden.
Een goede aarding en isolatie zijn verplicht
en moeten conform de norm EN 50106
(getest door middel van spanningstests).
Om beschadigingen van het toestel te
voorkomen, dient de bedrijfsspanning
geleidelijk en niet abrupt te worden
opgevoerd.
Algemene aanwijzingen
Het apparaat moet volgens de
installatieschema’s worden geïnstalleerd.
Voer verplicht een werkingstest uit om de
juiste werking van het systeem voor
automatische pandetectie over de gehele
oppervlak van de kookplaat te testen.
In geval het apparaat, na het verrichten van
alle controles, niet correct werkt, neem dan
contact op met het plaatselijke erkende
servicecentrum.
Na de correcte installatie van het apparaat
wordt u verzocht de gebruiker te informeren
over de correcte werkwijze.
A min. 10 mm
B min. 2 mm